Sparen of beleggen, wat past het beste om je besteedbare inkomen aan te vullen?
Om rendement te behalen met je vermogen, heb je de keuze tussen sparen en beleggen. Naar mate het vermogen voor een langere tijd beschikbaar is, kun je met beleggen een hoger rendement behalen dan met sparen. Maar meestal heb je een doel dat centraal staat bij het streven naar rendement. Bijvoorbeeld om vermogen op te bouwen dat je op een later moment wilt gebruiken voor een grote uitgave, je pensioen of om na te laten of te schenken aan je kinderen. Ook kan beleggen bescherming bieden tegen inflatie. Maar hoe maak je een keuze tussen sparen en beleggen als je je vermogen gebruikt voor de aanvulling van je besteedbare inkomen? In dit artikel lees je meer over de gevolgen van het opnemen van geld van je spaarrekening of uit je beleggingen.
Sparen
Als je spaart bij een bank, dan bestaat het rendement uit de ontvangen rente over je spaartegoed. De rente kan fluctueren, maar je kunt ook een afspraak maken om een bedrag tegen een vaste rente aan te houden in een deposito. Kijkend naar de huidige spaarrente en verwachte inflatie, dan neemt de koopkracht van je vermogen echter jaarlijks af. Dat is wat anders dan de omvang van het spaartegoed dat je ziet op een bankafschrift of via de bankieren-app, dat wordt namelijk bepaald door de inleg, opnames en of rente die bijgeschreven wordt. Die kan toenemen, terwijl je minder kunt kopen ten opzichte van een eerder jaar.
Een spaarrekening biedt je wel zekerheid: het tegoed is (soms onder voorwaarden) opneembaar en je hebt geen hoofdsomrisico (tenzij het een vreemde valuta-rekening is). Sparen is dan ook uitermate geschikt om als buffer te dienen voor onverwachte uitgaven.
Beleggen
Beleggen kan op verschillende manieren, waarbij het verschil met sparen eruit bestaat dat je risico neemt waarvoor je op langere termijn wordt beloond. Hiermee wordt bedoeld dat je een hoger eindvermogen kunt realiseren dan met sparen, als je je inleg in beleggingen voor langere tijd belegt zonder het doen van opnames. Afhankelijk van het type beleggingen, de spreiding en de marktontwikkelingen, kan dit het geval zijn in een korte periode of na een veel langere periode (meer dan 15 jaar). De exacte uitkomst valt niet te voorspellen.
Het rendement bestaat uit rente, dividend, huur, pacht en of de waardeontwikkeling van de beleggingen, onder aftrek van de kosten van beleggen.
Opname van je spaarrekening of uit beleggingen om je besteedbare inkomen aan te vullen
Van je spaartegoed of beleggingen wil je misschien een gedeelte gebruiken om je besteedbare inkomen aan te vullen. Bijvoorbeeld door jaarlijks een gedeelte van je spaarrekening op te nemen. Over het opgenomen bedrag ontvang je dan in het daaropvolgende jaar geen rente meer.
Kies je voor een reeks van deposito’s met een vaste rente, met een oplopende looptijd (2 jaar, 3 jaar, 4 jaar, 5 jaar, etc.), dan kun je een gedeelte van je vermogen afzonderen voor geplande uitgaven. Afhankelijk van de omvang van je vermogen, kan een op maat samengestelde obligatieportefeuille hiervoor ook passend zijn. Dit vermogen heeft dan een inkomensdoel. Het overige vermogen kun je dan beleggen voor een langere termijn.
Als je je besteedbare inkomen wilt aanvullen uit (het rendement van je) beleggingen, dan is het goed te weten dat een opname uit beleggingen in een jaar waarin er sprake is van een waardedaling de verdere waardeontwikkeling negatief beïnvloedt. Je hebt namelijk beleggingen met verlies verkocht en houdt een kleiner vermogen over om in de vervolgjaren (een gemiddeld verwacht positief) rendement mee te behalen. Omgekeerd kan een bovengemiddeld rendement in een bepaald jaar de mogelijkheid geven om vermogen te reserveren voor geplande uitgaven in een later jaar.
Een beleggingsportefeuille leent zich voor opbouwen van vermogen voor het aanvullen van jouw besteedbare inkomen op langere termijn, ook rekening houdend met het effect van inflatie. Een spaarrekening of deposito kent de waardeschommelingen niet en kan daarom passen bij het inkomensdoel.
Verschil in huidige fiscale behandeling spaartegoeden en beleggingen in box 3
Het totaal van de spaartegoeden op 1 januari valt in box 3 in de categorie Banktegoeden. Jaarlijks wordt achteraf het forfaitaire rendement gepubliceerd. Dit forfaitaire rendement kan afwijken van de rente die je van de bank ontvangt over je spaartegoed. Het voorlopige forfaitaire rendement voor 2024 is 1,03%.
De waarde van jouw beleggingen op 1 januari vormt onderdeel van de categorie Overige bezittingen in box 3. Het forfaitaire rendement voor deze categorie is gebaseerd op een langjarig gemiddeld rendement van aandelen, obligaties en onroerende zaken (woningen). Dit percentage wordt vooraf gepubliceerd en zal in 2024 6,04% zijn.
Er geldt in box 3 in 2024 voor het totaal van het box 3-vermogen een vrijstelling van € 57.000 (€ 114.000 voor fiscaal partners). Het belastingtarief is in 2024 36%.
Hoe kom je tot een keuze?
Het maken van een keuze tussen sparen en beleggen begint met inzicht in je plannen voor de toekomst. Op basis van deze plannen kun je een inschatting maken wanneer je eventuele periodieke aanvullingen op je besteedbare inkomen uit je vermogen nodig hebt. Afhankelijk van het moment waarop dit nodig is en de verhouding tussen de omvang van deze aanvullingen en het vermogen, kan je vervolgens een keuze tussen sparen en beleggen maken. Je adviseur van de bank is je hierbij graag van dienst.
Over het onderwerp Vermogen en belasting lees je hier meer. Een belastingadviseur kan je advies geven over je eigen situatie.
Meer weten over vermogensplanning?
Wil je ook inzicht in de haalbaarheid en mogelijkheden van jouw persoonlijke doelen en wensen? We gaan graag met je in gesprek.
Benieuwd naar andere vermogensvragen?
Op onze overzichtspagina vind je nog meer vraagstukken rondom vermogen. Zo lees je er hoe je in je testament het familievermogen kunt beschermen, wat de kenmerken zijn van schenken op papier en hoe je een keuze kunt maken tussen sparen en/of beleggen in de bv of in privé.