De duurzame groei van Remat Chemie: ‘Soms kun je niet wachten wanneer de markt er nú klaar voor is’
Remat Chemie bespaart met de regeneratie van oplosmiddelen ongeveer 20.000 ton aan CO2-emissies per jaar. En dat concept groeit lekker, maar zorgt ook voor dilemma’s. ‘Als ondernemer moet je een balans vinden in hoeveel eigen geld je erin steekt en welk gedeelte je extern financiert. Soms kun je niet wachten als de markt er nú klaar voor is’, vertellen eigenaren Maarten de Leeuw en Mike Giunti.
Klaar voor iets anders
Toen Maarten de Leeuw en Mike Giunti in 2013 en 2014 hun banen opzegden, was de missie duidelijk: ondernemen. ‘Ik was wel een beetje klaar met de corporate wereld’, vertelt De Leeuw. ‘Op een gegeven moment werk je in commerciële managementrollen voor allerlei grote organisaties, maar het zijn net olietankers. Er zit weinig beweging in en er is weinig ruimte om in een andere richting te manoeuvreren.’
Giunti, half-Australiër en half-Italiaan, woonde voor zijn werk op bijna elk continent. De afgestudeerde chemical engineer werkte in Australië, Japan, Canada, Zwitserland en Frankrijk — voordat hij uiteindelijk ‘settelde’ in Nederland. ‘Ik liep tegen precies hetzelfde probleem aan. Ik had allerlei ideeën die ik niet kwijt kon en wilde dolgraag iets anders dan de corporate wereld.’
Idee geboren op 10 kilometer hoogte
De businesspartners kennen elkaar al sinds de jaren 90. Zonder het van elkaar te weten, stapten ze met dezelfde levensvraag op een vlucht naar Hongkong. ‘We kwamen min of meer gelijktijdig tot het besef dat er meer in het leven moest zijn. Tijdens die vlucht zijn we in een soort brainstorm terechtgekomen, met als conclusie: we moeten gewoon samen iets gaan opbouwen.’
‘Daarom begon in 2014 de zoektocht naar een bedrijf om samen te kopen’, vertelt De Leeuw. ‘We zijn wel streng geweest in de criteria. We wilden iets dat bijdraagt aan de nieuwe economie. Een bedrijf dat zich bezighoudt met circulaire en duurzame productie, dat groeipotentieel én positieve cashflow heeft. Op die manier konden we ook al gemakkelijker aan de volgende stappen werken.’
Van Sydney naar Helmond
Via een omweg kwamen de partners terecht in Helmond. Daar is Remat Chemie al meer dan 75 jaar actief in de regeneratie van organische oplosmiddelen uit verschillende industrieën. ‘Dat klinkt ingewikkeld, maar is in de basis vrij simpel’, vertelt Giunti. ‘Remat neemt het materiaal in, uit bijvoorbeeld de automotive en farmaceutische industrie of chemische productie, reinigt het door middel van destillatie én geeft het weer terug aan de bron.’
‘Hierdoor hoeven de verschillende oplosmiddelen niet vernietigd te worden, maar worden ze schoongemaakt en opnieuw ingezet. En wordt dus de CO2-emissie - en vaak ook de Nox-emissie - die vrijkomt bij verbranding vermeden. Zo hoeft er geen nieuw materiaal geproduceerd te worden.
Het duurde wel drie jaar voordat de business gekocht kon worden. ‘We hebben in die tijd wel naar 14 bedrijven gekeken, verspreid over heel Europa’, lacht Giunti. ‘We dachten: we hebben de ervaring, de juiste expertise én het geld: dat komt wel goed. Dat was misschien wel naïef. We hadden in onze carrières al vaker met grote overnames te maken gehad en hadden dus kunnen weten hoe lastig het kan zijn om zelf, zonder externe investeerder, een goed bedrijf over te nemen.’
‘Groei is niet bij te benen’
Na de overname in 2017, gingen Giunti en De Leeuw aan de slag met een sleutelbegrip: groei. ‘We zagen direct de groeimogelijkheden. Misschien is dat ook wel inherent aan het ondernemerschap: dat je áltijd zoekt naar groeikansen. We hebben in 2017 het doel gesteld om de business te verdubbelen. Toen wij het overnamen hadden we 18-man personeel, inclusief onszelf. Intussen is dat aantal gegroeid naar 40.’
De groei heeft zich bij Remat echter niet beperkt tot het personeelsbestand. De doorzet is verhoogd, het klantenbestand is uitgebreid. En zoals voor iedere onderneming geldt: groeien kost geld. ‘We proberen eigenlijk zoveel mogelijk zelf te betalen’, zegt De Leeuw. ‘Maar realistisch gezien kunnen we onze groei bijna niet bijbenen. Je kunt simpelweg niet álles uit eigen zak voorfinancieren. Als ondernemer moet je een balans vinden in hoeveel eigen geld je erin steekt en in hoeverre je de leningen kunt én wilt verhogen. Want soms kun je niet wachten wanneer de markt er nú klaar voor is.’
Financiële beslissingen
Het bedrijf groeit uit de huidige kantoor- én opslagruimte, waardoor er geïnvesteerd moet worden in extra destillatiecapaciteit. ‘Om écht verder te kunnen groeien, willen we zeker nog een miljoen of vijf investeren in de komende jaren. Dan sta je als ondernemer voor een dilemma, want de meeste banken willen dan striktere afspraken rondom de financiering: een convenant. Dat houdt in dat er bij financiële kwesties iemand meekijkt met jouw beslissingen. Die rem willen we niet. We zijn in ons ondernemerschap misschien dol op risico’s, maar als het om financiën gaat, proberen we wat conservatiever te werken en zoeken we onafhankelijkheid.’
'De sweet-spot van ondernemen’
Wegens de uitkoop van de derde businesspartner, deden Giunti en De Leeuw recent opnieuw een rondje langs de banken. ‘Het blijft een soort schoonheidswedstrijd’, lacht De Leeuw. ‘We zagen bij Rabobank de beste creatieve ideeën. Op basis van de historie van de onderneming konden zij zich vinden in het feit dat er voor het bedrag geen convenant nodig zou zijn. We voelden dat er direct een klik ontstond, omdat zij zich schaarden achter de sweet-spot van circulair ondernemen.’
‘Duurzame bedrijfsvoering wordt steeds belangrijker in onze blik op bedrijven’, beaamt Philine Visser, accountmanager bij Rabobank. ‘Toch moeten we ook verder kijken dan dat. We kijken naar de cijfers, het managementteam, de markt, strategie én ambities van het bedrijf. Giunti en De Leeuw vormen in dit geval een team dat de benodigde ervaring en kennis in huis heeft om de groeiambities van het bedrijf te kunnen laten slagen.’
Mkb’s zijn drijvende kracht voor innovatie
Intussen schatten Giunti en De Leeuw dat ze halverwege hun initiële ‘groeitarget’ zijn. ‘Het is nooit gemakkelijk geweest, maar wel leuk’, vertellen de businesspartners. ‘De beslissing om uiteindelijk ondernemer te worden heeft ons zoveel gebracht. In de jaren dat ik voor grote organisaties heb gewerkt, dacht ik dat de hele wereld om een select aantal grote jongens draaide’, zegt De Leeuw.
‘Zodra je als ondernemer in de wereld van midden- en kleinbedrijven terechtkomt, kom je erachter dat het tegendeel waar is. Deze bedrijven zijn de drijvende kracht achter de economie. Zíj zorgen voor innovatie en duurzaamheid. De kracht van klein zijn, is dat je je kunt aanpassen aan de wereld. Je kunt véél sneller beslissingen nemen.’
Goed voor business én de planeet
Giunti knikt: ‘Ik kom weer even terug bij die grote olietankers. Als die van richting willen veranderen, moet er een hoop kracht gezet worden. Je ziet dat sommige corporates zichzelf nu in lastig vaarwater hebben gebracht — omdat ze allerlei uitspraken doen over het zijn van ‘net zero’. Daar moeten ze nu soms van terugkomen.’
De Leeuw wijst nog maar even naar de eigen aanpak. ‘Ons bedrijf heeft dan misschien ‘chemie’ in de titel, maar we zijn één van de groenste bedrijven in onze regio. We besparen met ons werk jaarlijks ongeveer 20.000 ton aan CO2-emissies per jaar. Dat kun je vergelijken met de volledige footprint van een kleine stad. Mkb’s met ambitie: dat is waar échte duurzame innovatie geboren wordt.’
‘Wat ik vooral waardeer is de energie en passie waarmee ze bouwen aan iets om echt trots op te zijn’, concludeert Visser. ‘Het is een gezond en groeiend bedrijf dat vrijwel volledig circulair opereert. Daarmee verminderen én voorkomen ze letterlijk de CO2 en NOx-uitstoot voor hun klanten. Wie wordt daar nu niet enthousiast van?’
Heeft jouw bedrijf duurzame ambities en ben je benieuwd hoe wij jou daarbij kunnen ondersteunen?