Update
World Floriculture Map: veel ontwikkelingen sierteelt
De laatste 5 jaar is de wereldwijde sierteeltexport gegroeid met een jaarlijkse gemiddelde groei van 3,9% (Compound Annual Growth Rate=CAGR). Alle subcategorieën (snijbloemen, potplanten, perkplanten, bloembollen, vaste planten, sierheesters en bomen) hebben daaraan bijgedragen, maar de groeipercentages van de categorieën verschillen wat. De gemiddelde jaarlijkse groei van de belangrijke geografische markten hangt sterk samen met hun economische ontwikkeling, bevolkingsgroei en leeftijdsopbouw. De coronapandemie veroorzaakte grote problemen in de logistiek en heeft ook het consumentengedrag vanaf het begin van 2020 sterk beïnvloed. Dit en meer zien we terug in de World Floriculture Map. Deze kaart hebben we opgesteld in samenwerking met Royal FloraHolland. Hierop zien we een stabiel beeld van de handelsstromen in snijbloemen en potplanten voor de belangrijkste landen die snijbloemen en potplanten leveren. Meer bevindingen? In deze update lees je meer over de laatste cijfers en trends.
In het kort:
Verschillende aanbieders voor verschillende markten
Het aanbod uit Colombia, Ecuador, Kenia en Ethiopië veroorzaakte 10 jaar geleden grote verschuivingen in de internationale handel van bloemen, snijgroen en planten. Maar er is sindsdien duidelijk minder veranderd in de internationale handelsstromen. Over het algemeen komt het internationale aanbod van bloemen en planten uit dezelfde landen als in 2015.
“De handelsstromen in snijbloemen en potplanten zijn de laatste 5 jaar vrij stabiel gebleven.”
Bedrijven uit Colombia en Ecuador bevoorraden de Noord-Amerikaanse markt. En telers uit Kenia en Ethiopië richten hun aanbod voornamelijk op Europa. Nederland blijft het belangrijkste centrum voor de bloemenhandel en richt zich vooral op sierteeltproducten leveren aan Europese landen. Nederlandse bollenexporteurs daarentegen leveren bloembollen over de hele wereld.
Levering van snijbloemen in 5 grote markten verschilt flink
Elke grote markt voor snijbloemen kent verschillende leveranciers. Dat hangt af van het gewenste assortiment, de logistiek of handelsverdragen. Figuur 1 geeft de ontwikkeling weer van leveranciers op 5 grote markten.
Verenigde Staten
Colombia is verreweg de grootste leverancier van snijbloemen voor de VS met een importwaarde van ongeveer USD 1 miljard. Het invoeraandeel van Colombia is de laatste 10 jaar vrijwel hetzelfde gebleven en bedraagt ongeveer 60%. Dat is deels te verklaren doordat sommige grote Colombiaanse bedrijven eigendom zijn van Amerikaanse handelsbedrijven. Deze producenten hebben korte lijnen met super- en bouwmarkten en andere afzetkanalen in Noord-Amerika. Colombiaanse telers kunnen hun producten per schip of per vliegtuig vervoeren. Omdat Colombia aan zowel de Atlantische als de Grote Oceaan ligt, kunnen Colombiaanse telers hun bloemen redelijk makkelijk naar de west- én oostkust van de VS verschepen. Maar natuurlijk zijn er vanaf de luchthaven in Bogota ook veel vluchten naar Miami, het belangrijkste handelscentrum voor bloemen in de Verenigde Staten.
Vergeleken met Ecuador heeft Colombia een breder portfolio aan snijbloemen. In Ecuador wordt de snijbloementeelt gedomineerd door de roos (ongeveer 80%). Colombia produceert daarentegen ook forse hoeveelheden chrysant, anjer en lelie.
EU en het Verenigd Koninkrijk
Kenia en Ethiopië zijn de belangrijkste leveranciers van snijbloemen voor de EU en het Verenigd Koninkrijk (EU-28). De totale import in 2020 uit niet-EU landen naar de EU-28 bedroeg USD 1,14 miljard. In figuur 1 zie je de gegevens van de EU-28 om het verschil tussen de jaren voor en na de Brexit te laten zien. Het importaandeel van de diverse landen is nauwelijks veranderd sinds 2015.
De snijbloemenexport vanuit Kenia en Ethiopië is wel gedaald in de periode van april tot augustus 2020 door een tekort aan luchtvrachttransport. Maar dankzij de goede prijsvorming van snijbloemen vanaf juni 2020 is de waarde van de import uit Kenia en Ethiopië in heel 2020 toch ongeveer gelijk aan die van 2015.
Verenigd Koninkrijk
Eén van de belangrijkste gebeurtenissen in de internationale politiek in de laatste 5 jaar: het vertrek van het Verenigd Koninkrijk (VK) uit de EU. Dit kan de komende jaren nog een belangrijk keerpunt zijn voor de internationale sierteelt. De situatie in 2020 was nog vergelijkbaar met die van 2015. Nederland leverde ongeveer 80% van de totale snijbloemenimport van het VK. De totale import bedroeg in 2020 ongeveer USD 830 miljoen. De Britse regering is nu op zoek naar handelsovereenkomsten met landen buiten de EU, bijvoorbeeld met leden van het Britse Gemenebest, zoals Kenia. Hierdoor kunnen de importaandelen in het Verenigd Koninkrijk de komende 10 jaar veranderen.
Een groot deel van de snijbloemen wordt verkocht als gemengd boeket. Partijen die leveren aan super- en bouwmarkten in het Verenigd Koninkrijk moeten dus gemengde boeketten kunnen leveren. Pas als andere landen dit kunnen aanbieden, kan het Nederlandse importaandeel in het VK onder druk komen. Aanbieders uit Kenia moeten daarvoor waarschijnlijk vooral hun productaanbod verbreden. Nu wordt dat nog sterk gedomineerd door rozen. Pas door een breder aanbod kan Kenia daadwerkelijk profiteren van deze mogelijkheid.
Rusland
Van de 5 grootste importmarkten voor snijbloemen is die van Rusland het meest veranderlijk. De snijbloemenimport daalde van USD 493 miljoen in 2015 naar USD 271 miljoen in 2020. De (politieke) relatie tussen de EU en Rusland stond in deze periode flink onder druk. De EU heeft drempels opgeworpen in de dagelijkse levering van de Russische markt waardoor het Nederlandse importaandeel daalde.
Voor Zuid-Amerikaanse en Afrikaanse leveranciers is het belangrijk om landingsrechten op Russische luchthavens te hebben. Soms kiezen deze bedrijven ervoor de snijbloemen per vliegtuig te vervoeren naar Wit-Rusland en vervolgens per truck naar Rusland. Dit leidde tot de grote stijging van de export van Wit-Rusland naar Rusland. De grote schommelingen in de valutakoersen tussen de euro en roebel (EUR/RUB) of dollar en roebel (USD/RUB) spelen daarnaast ook een belangrijke rol in de concurrentiekracht van de diverse landen.
Japan
Japan is de grootste snijbloemenimporteur van Azië. De meeste van deze invoer komt uit landen in Zuidoost-Azië zoals Maleisië, China, Vietnam, Taiwan en Thailand. Elk van deze landen levert een specifieke (snij-)bloemensoort. Maleisië, Taiwan en Thailand exporteren (snij-)orchidee naar Japan, China levert lelies en Vietnam verscheept vooral chrysanten. De jaarlijkse invoerwaarde (USD 324 miljoen) is sinds 2015 niet veranderd.
Online aankopen worden steeds belangrijker in sierteeltsector
Regulier marktonderzoek in 4 Europese landen (VK, Nederland, Frankrijk en Duitsland) toont een groei van het marktaandeel van online verkoop van bloemen en planten, zie ook figuur 2. Het VK is daarin overduidelijk de koploper. Zowel potplanten als snijbloemen worden daar steeds vaker online gekocht. Dat gaat ten koste van de aankopen bij bloemisten of bij straatmarkten en kiosken. Deze groei is versneld door de pandemie. Voor 2020 stegen de online aankopen al fors, maar sindsdien heeft e-commerce echt het tij mee. Europese consumenten raken eraan gewend om snijbloemen en planten via online-kanalen te kopen. We verwachten daarom de komende jaren verdere groei van dit afzetkanaal.
Straatmarkten en kiosken hebben moeite hun aandeel in de consumentenbestedingen overeind te houden. Bij tuincentra verschilt die ontwikkeling sterk. In de meeste landen verliezen de tuincentra op de verkoop van indoor-potplanten. Maar aan de andere kant wisten ze marktaandeel te winnen bij de verkoop van tuinplanten. Het is daarbij wel goed om stil te staan bij de verschillende coronamaatregelen in de onderzochte landen. Tuincentra waren soms namelijk een alternatief aankoopkanaal voor straatmarkten en kiosken. De maatregelen hadden dus invloed op de stijging van het aandeel bij de verkopen van tuinplanten door tuincentra.
Online-aankopen in België, Denemarken, Zweden en Zwitserland zijn nog niet zo sterk ontwikkeld als in de andere 4 landen. Ook dat kan deels samenhangen met de genomen maatregelen tijdens de pandemie.
Consumentenbestedingen in de VS omhooggeschoten
Wat consumenten in de VS uitgeven aan sierteeltproducten is erg hard gestegen tijdens de coronacrisis. De totale bestedingen aan bloemen, planten en zaden steeg in 2021 met 23% ten opzichte van 2020 en bereikten een recordhoogte van USD 47 miljard, zie ook figuur 3. Deze groei is te danken aan een groei in volume (ongeveer 17%) en een hogere prijs (ongeveer 5%). Tijdens de financiële crisis daalden de consumentenbestedingen in de VS hard, van USD 31 miljard in 2007 naar USD 26 miljard in 2014. Sinds 2015 is er dus sprake van een stevige groei. De gemiddelde jaarlijkse groei (CAGR) van 2015 tot 2020 was 4%. In de periode tussen 2016 en 2021 was die jaarlijkse groei zelfs 7,5%, dat kwam vooral door de explosieve bestedingsgroei in 2021. Als we alleen naar de volumegroei kijken, zijn de gemiddelde jaarlijkse groeipercentages in deze perioden respectievelijk 3,1% en 5,7%. Volgens recent onderzoek (Consumer Houseplant Purchasing Study 2021) groeiden de aankopen van (indoor-)planten de afgelopen 5 jaar met meer dan 10% per jaar. Daarnaast lijken er nog volop mogelijkheden voor het vergroten van de sierteeltmarkt in de VS als de detailhandel consumenten kan stimuleren meer bloemen en planten voor eigen gebruik te kopen.
Snijbloemen steeds vaker vervoerd met zeecontainers
Vanwege de beperkte houdbaarheid en kwetsbaarheid van snijbloemen, moet het transport naar de detailhandel snel en zorgvuldig plaatsvinden. Exporteurs in de landen rond de evenaar gebruiken daarom vooral het vrachtruim van passagiersvliegtuigen om bloemen te vervoeren naar Noord-Amerika, Europa en Japan. Ook vrachtvliegtuigen worden hiervoor vaak ingezet. Een andere mogelijkheid is het gebruik van zeecontainers. Het gebruik hiervan voor vervoer van bloemen neemt duidelijk toe, zie ook figuur 4.
Er zijn diverse redenen voor deze stijging. Allereerst zijn de kosten voor luchtvracht sterk gestegen. In een concurrerende sierteeltmarkt is het altijd relevant om de kostprijs zo laag mogelijk te houden. Ten tweede zijn grote retailers steeds meer gevoelig voor vermindering van CO2-emissies bij hun toeleveranciers (de zogenaamde scope-3). Daarom zijn ze op zoek naar verlaging van de CO2-voetafdruk van de geleverde producten. Tot slot en zeker niet de minste reden: de coronapandemie zorgde voor flinke verschuivingen in het internationale vliegverkeer, in de luchtvrachtprijzen en de beschikbaarheid van zeecontainers. Alle grote logistieke bedrijven moesten improviseren om snijbloemen in goede conditie en binnen een aanvaardbare tijd op de plek van bestemming te krijgen.
Steeds meer duurzame levering van bloemen en planten
De detailhandel hecht steeds meer waarde aan de duurzaamheid van de geleverde bloemen en planten. Ook belangengroepen (ngo’s) kijken naar de toegepaste teeltmethoden, arbeidsomstandigheden en milieubelasting. De sector heeft daarom het Floriculture Sustainability Initiative (FSI) opgericht. Ongeveer 70 grote partijen in de sierteeltketen, waaronder super- en bouwmarkten, online aanbieders, groothandelaren en producentenorganisaties, zijn lid van dit initiatief. De ambitie was dat minstens 90% van hun verhandelde bloemen en planten in 2020 duurzaam gecertificeerd zou zijn. Aan het eind van 2020 bedroeg het percentage voor snijbloemen 73% en voor indoor-potplanten 81%, zie figuur 5. Er is dus nog werk aan de winkel.
Het blijft een belangrijke opgave om het oorspronkelijke doel van 90% te halen. Daarnaast zijn de doelstellingen voor 2025 verbreed. Het is de bedoeling dat leden duurzaamheid meer integraal opnemen in hun bedrijfsvoering en komen tot een integrale rapportage hierover. Denk hierbij aan een levenscyclusanalyse, CO₂-voetafdruk en de levensstandaard van werknemers. Door dit te meten kunnen ondernemers stappen zetten naar een duurzamere keten.
Nieuwe markten voor snijbloemen
Elke bedrijfstak kijkt naar mogelijkheden om nieuwe markten te betreden. De snijbloemenhandel heeft zich bijvoorbeeld gericht op landen aan de Perzische Golf. De import is gestegen van 2015 tot 2019, maar in 2020 zorgden de logistieke problemen voor een daling. Toch lijkt het vooruitzicht in deze regio positief dankzij goede economische vooruitzichten, de huidige aankoopbereidheid van consumenten en de ontwikkeling van de zakenmarkt. Nederland, Kenia en Ethiopië zagen als eerste de kans om hun marktaandeel in de Golfstaten te vergroten en zo in 2020 hun exporten naar deze landen op peil te houden (zie figuur 6).
Nieuwe sierteeltleveranciers in opkomst?
Sommige Centraal-Amerikaanse landen leveren uitgangsmaterialen zoals jonge planten, stekken en zaailingen aan Noord-Amerikaanse en Europese telers. Deze bedrijven importeren deze jonge planten voor verdere teelt en voor de gewenning aan omstandigheden binnenshuis. Zoals je ziet in figuur 7 zijn de exporten vanuit Centraal-Amerika tot 2019 gegroeid, maar vielen ze in 2020 terug met 7%. We verwachten dat het niveau in 2021 weer gelijk is aan dat van 2019 is en dat de geleidelijke groei dan weer inzet. De vraag naar jonge tropische planten en stekken blijft groot en we verwachten dat telers uit Noord-Amerika en Europa hun uitgangsmateriaal uit Centraal-Amerika blijven halen.
De basis voor verdere marktgroei in sierteelt is er
Sinds maart 2020 hebben overheidsmaatregelen om de pandemie onder controle te krijgen geleid tot grote logistieke problemen, overal ter wereld. In de internationale sierteeltmarkt had dit effect op de consumentenbestedingen, lokale productie en internationale handel. Verkooppunten van bloemen en planten moesten een manier vinden om hun klanten te bereiken. Mede daardoor is de e-commerce zo hard gegroeid. Bedrijven in de groothandel en logistieke dienstverlening moesten de aanvoer soms anders inrichten. Sommige telers moesten tijdelijk hun productie verminderen (of zelfs staken) omdat hun afnemers geen garantie gaven over de afname van hun bloemen en planten.
In 2021 waren de meeste telers weer in staat hun productie op het normale niveau te brengen en liepen de verkopen in zowel de VS als in Europa prima. De belangrijkste vraag voor de korte termijn is of consumenten zoveel blijven besteden aan bloemen en planten als het afgelopen jaar. Als de corona maatregelen minder streng worden, kunnen consumenten hun geld namelijk ook weer besteden aan uitgaan en vakanties.
Toch lijken de consumentenbestedingen in de VS, Europa, het Midden-Oosten, China en Japan op zijn minst gelijk te blijven. Veel consumenten zagen namelijk hoe ze met bloemen hun dankbaarheid of waardering voor hun naasten konden uiten. Daarnaast kunnen verkopen van zowel indoor- als outdoorplanten op hogere niveaus blijven doordat een deel van de beroepsbevolking thuis blijft werken en deze thuiswerkplek wil aankleden met groen. Wel spelen het algemene economische vooruitzicht en de ontwikkeling van het besteedbare inkomen in de grote afzetmarkten nog altijd een belangrijke rol in de toekomstige bestedingen aan bloemen en planten.
World Floriculture Map
Ben je Rabobank-klant en wil je de World Floriculture Map als poster ontvangen? Vraag de poster aan via Lambert van Horen. Of bekijk gelijk de kaart.