Update
Met REPowerEU Plan wil EU energietransitie én onafhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen versnellen
De Europese Commissie heeft de afgelopen maanden een enorme reeks voorstellen voor wetgeving, plannen en maatregelen aangekondigd waarmee zij de energietransitie én de onafhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen wil versnellen. Haar meest recente stuk is het REPowerEU Plan, waarin zij een grote hoeveelheid tot dusver ongekende voorstellen presenteert. Volgens Pablo Ruiz, analist Energietransitie van RaboResearch, laat de EU hiermee zien ‘redelijk serieus werk te maken’ van de overgang naar een koolstofvrije economie.
Het REPowerEU Plan stelt specifieke maatregelen en regelgeving voor en begint met de maatregelen die eerder uiteen zijn gezet in de REPowerEU-mededeling van 8 maart, licht Ruiz toe. “Het gaat onder meer om een versnelling van de voorstellen uit het ‘Fit for 55’-pakket, waarbij de ambitie soms nog hoger ligt. Ook stelt het plan nieuwe strategieën voor om de afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen verder te verminderen. Het biedt een overvloed aan voorgestelde maatregelen op het gebied van energiebesparing, diversificatie van het energieaanbod en versnelling van de ontwikkeling van schone energie.”
Onafhankelijk van Rusland
Met de maatregelen verwacht de EU ruim voor 2030 onafhankelijk te zijn van Russische fossiele brandstoffen, vervolgt Ruiz. "Voor de uitfasering van de Russische gasvoorziening is drie tot vijf jaar misschien een redelijke termijn. Natuurlijk zou het altijd sneller kunnen, maar het is ook een balanceeract: hoe sneller we willen gaan, hoe groter de impact op de Europese economie. Gaan we langzamer, dan blijven we ook langer afhankelijk van Rusland en blootgesteld aan de huidige hoge gasprijzen. Maar de EU wil bijvoorbeeld de benodigde infrastructuur zo snel mogelijk klaar hebben om de aanvoer van gas uit andere landen, zoals de VS en Qatar, mogelijk te maken.”
Risico op koolstoflock-in beperkt
Omdat de voorgestelde investeringen om over te kunnen stappen op fossiele alternatieven voor Russische energie relatief klein zijn, verwacht de analist dat ook het risico op een zogeheten lock-in-effect beperkt blijft. Een lock-in-effect is het fenomeen waarbij bestaande infrastructuur en investeringen de omschakeling naar een nieuw systeem in de weg zitten. Ruiz: “Natuurlijk bestaat dit risico wanneer je investeert in infrastructuur voor alternatieve fossiele brandstoffen, of wanneer je de belasting op energie verlaagt. Hoe meer je hierin investeert, hoe groter het risico op een lock-in. Maar in dit geval gaat het om slechts een klein deel van het totaal aan voorgestelde investeringen: 2 miljard van de 210 miljard euro is bedoeld voor het zekerstellen van de olievoorraad en 10 miljard voor de nieuwe infrastructuur die nodig is om over te stappen op LNG. Dus de EU trekt meer dan 190 miljard euro uit voor hernieuwbare energie.”
Impact op bedrijven
Europese bedrijven zullen de impact van de voorgestelde maatregelen op verschillende niveaus voelen, legt Ruiz uit. “Zo krijgen energiemaatschappijen te maken met hoge eisen aan de te gebruiken technologieën, om minder broeikasgassen uit te stoten. Maar er komen ook ongekende steunplannen en fondsen beschikbaar om deze bedrijven te helpen met de overstap naar hernieuwbare en CO2-vrije technologieën. Voor industriebedrijven komen er mechanismes voor de gezamenlijke inkoop van olie en gas, om zo de effecten van de huidige energiecrisis te verzachten. De Duitse industrie is nu bijvoorbeeld zeer afhankelijk van de aanvoer van Russisch gas, waardoor haar winstgevendheid onder druk staat. Behalve de genoemde investeringen voor de aanlevering van alternatief gas, zet de EU ook in op waterstof als instrument om het gasverbruik in de industriële en transportsectoren te verlagen. Daarnaast komt zij voor deze sectoren met initiatieven op het gebied van onder meer energie-efficiëntie en elektrificatie. Ook wil zij 40 miljard euro investeren om de productie van duurzame biomethaan op te schalen.”
Terugdringen van energieconsumptie
Voor Europese huishoudens komt de EU met veel maatregelen die vooral zijn gericht op het terugdringen van de energieconsumptie, vertelt de analist. “Dan gaat het bijvoorbeeld om aanbevelingen om de thermostaat in huis lager te zetten en de temperatuur van de boiler. Dat gaat dan een klein beetje ten koste van het comfort, maar het vertaalt zich in significante besparingen. Verder komen er subsidiemaatregelen op het gebied van isolatie en elektrificatie. Dit om de grootschalige inzet te versnellen van zonnepanelen, warmtepompen, zonnewarmtepanelen en andere efficiëntere en klimaatvriendelijkere alternatieven om Europese woningen mee te verwarmen. De impact hiervan verschilt uiteraard per lidstaat, en is afhankelijk van onder meer het klimaat en de bestaande wetgeving en situatie in het land. Ook komt de EU met aanbevelingen om het gebruik van het openbaar vervoer te stimuleren als alternatief voor de auto en wil zij de maximumsnelheid op de snelwegen beperken om ook hiermee de energieconsumptie terug te dringen. Voor huishoudens die de huidige hoge energieprijzen moeilijk kunnen opvangen, stelt zij verder een aantal specifieke steunmaatregelen voor.”
Uitzonderlijke maatregelen
Ruiz denkt dat de Europese Unie zelfs nog meer kan doen om de energietransitie te versnellen, maar plaatst hier wel de nodige nuances bij. “Ik zou graag zien dat de EU nog hogere ambities had, maar de plannen die zij nu voorstelt, zijn al ongekend. Ze tonen aan dat de EU inziet dat de noodzaak hoog is en dat zij nu wat moet doen. En die urgentie wordt in de meeste landen inmiddels ook echt gevoeld en zorgt voor meer bereidheid tot internationale samenwerking. Zo hebben Denemarken, Duitsland, Nederland en België samen een project opgezet om 135 miljard euro te investeren in windparken in de Noordzee. Dus het zijn niet alleen de voorgestelde maatregelen die helpen, maar ook de reacties die daaruit voortvloeien. De lidstaten moeten alle voorstellen die er nu liggen echter eerst nog goedkeuren. En daar zitten ook echt uitzonderlijke en soms controversiële maatregelen bij. Zoals het verkopen van het deel emissierechten dat nu omwille van marktstabiliteit is gereserveerd en niet wordt gebruikt in het EU-ETS. Met de inkomsten hiervan wil de EU vervolgens investeren in nieuwe, schone technologieën om de extra emissies te compenseren. Verder blokkeert vooral Hongarije de plannen om volledig te stoppen met Russische olie, omdat de Hongaarse economie hier sterk afhankelijk van is. Het land wil dan ook dat de EU het in dat geval compenseert. Maar uiteindelijk denk ik dat als alle plannen doorgaan, we misschien over vier, vijf jaar wel terug kunnen kijken op een geslaagde versnelling van de energietransitie.”
Klimaatneutraal in 2050
Het uiteindelijke doel is een klimaatneutrale Europese Unie in 2050. Is dat realistisch? Ruiz: “Het is in ieder geval goed dat we ons niet langer de vraag stellen of we voor de economie moeten gaan of voor het klimaat. Inmiddels realiseren we ons dat als we niet voor het klimaat gaan, we daarmee ook onze economie ernstige schade berokkenen. Dus nu begrijpen we in ieder geval dat klimaat en economie even belangrijk zijn. En daarmee wordt het doel om uiteindelijk in 2050 klimaatneutraal te zijn realistischer. Het zal niet gemakkelijk worden. De transitie naar een koolstofvrije EU vereist dat we een volledig nieuwe economie moeten opbouwen. Sommige producten en diensten zullen daarbij verdwijnen en er zullen ook nieuwe producten en diensten bijkomen. Maar eerst moeten we het energiesysteem veranderen. En als we dat eenmaal hebben gedaan, wordt het ook gemakkelijker om onze economie circulair te maken.”