Onderzoek
Nederland: economie in recessie door coronavirus
Ervan uitgaande dat de virusuitbraak in het tweede kwartaal wordt bezworen, verwachten we dat de Nederlandse economie dit jaar met 0,2 procent krimpt. Zo wordt de productie van bedrijven hard geraakt en geven huishoudens tijdelijk minder uit.
In het kort
De coronacrisis raakt veel van de Nederlandse sectoren. Zie onze sectorprognoses voor onze verwachtingen van de impact van de coronacrisis op de verschillende sectoren.
Behalve een zware wissel op de gezondheidszorg trekt de coronacrisis ook diepe sporen in de Nederlandse economie. In een eerdere update hadden wij onze verwachting voor de groei in 2020 al naar beneden bijgesteld van 1,4 naar 0,7 procent. In dat scenario was de virusuitbraak in eerste plaats een extern probleem dat leidde tot minder wereldhandel. Daarbij merkten we al op dat de economische groei naar verwachting zal omslaan in een krimp als landen, inclusief Nederland, verdergaande maatregelen zouden treffen om de gezondheidscrisis te bezweren. Sindsdien hebben inderdaad niet alleen in Nederland maar in meer landen onder meer scholen, fabrieken, winkels en restaurants hun deuren gesloten.
Daardoor vallen de huishoudbestedingen en de productie van bedrijven tijdelijk fors terug. Dit raakt niet alleen de winstgevendheid van bedrijven, maar zet ook de werkgelegenheid en daarmee de inkomens van huishoudens onder druk. De overheid heeft een omvangrijk pakket steunmaatregelen aangekondigd om de economische pijn te verzachten, met onder meer verruiming van de werktijdverkorting, inkomenssteun voor zzp’ers, uitstel van belastingbetaling, garantstellingen voor bedrijfsleningen en de belofte de steun op te schalen indien nodig. Ook (centrale) banken hebben maatregelen getroffen om zo veel mogelijk te voorkomen dat liquiditeit aan bedrijven opdroogt. Al deze ingrepen zijn cruciaal om huishoudinkomens op peil te houden en om te voorkomen dat bedrijven die in normale tijden financieel gezond en concurrerend zijn, omvallen. Maar de maatregelen van overheden en (centrale) banken zullen niet volledig kunnen voorkomen dat bedrijfswinsten onder druk komen te staan en de werkloosheid oploopt. Voor 2020 verwachten we daarom dat de economische groei omslaat in een krimp van 0,2 procent.
Daarbij nemen we aan dat de virusuitbraak in het tweede kwartaal onder controle komt, waardoor de economie in de tweede helft van 2020 en in 2021 weer normaliseert. De steunmaatregelen zorgen ervoor dat bedrijven de recessie in 2020 kunnen overleven en de productie daarna weer kunnen opschroeven om te voldoen aan de vraag van consumenten die dan weer geld uitgeven en van andere bedrijven die hun investeringsplannen weer oppakken. Daardoor zal de economie naar verwachting in 2021 weer groeien. Het economisch beeld kan verder verslechteren wanneer het langer duurt voordat de virusuitbraak onder controle is en beperkingen in onder meer horeca worden opgeheven. De impact zal ook groter zijn als de steunmaatregelen van de overheid en (centrale) banken traag op gang komen.
Huishoudconsumptie groeit minder hard
Naar schatting zal de consumptie van huishoudens met nog maar een half procent groeien in heel 2020. Vóór de corona-uitbraak gingen we er nog van uit dat Nederlanders flink meer zouden uitgeven, dankzij de lage werkloosheid en een koopkrachtimpuls door stijgende lonen en lastenverlichting . Maar de maatregelen die zijn getroffen om de uitbraak in te dammen, hebben veel invloed op de mogelijkheid van huishoudens om daadwerkelijk geld uit te geven. Zo zijn restaurants en cafés zeker drie weken dicht, en hebben veel andere recreatiegelegenheden en winkels hun deuren gesloten. Bovendien zijn talloze evenementen afgelast.
Op basis van cijfers van het CBS uit 2015 schatten we dat ruwweg een derde van de bestedingen van huishoudens (tijdelijk) onder druk staat door de corona-maatregelen. Zaken als de huur of hypotheek, boodschappen en verzekeringen lopen namelijk gewoon door. Vermoedelijk vindt er wel wat verschuiving plaats van fysieke winkels naar online winkels, en tussen de bestedingscategorieën. Zo geven huishoudens waarschijnlijk wat meer uit aan boodschappen, maaltijdbezorging en thuisentertainment. Ook kan er verschuiving over tijd plaats vinden: uitgaven aan bijvoorbeeld kleding of woninginrichting worden wellicht uitgesteld, maar niet per se volledig afgesteld.
Dalende werkgelegenheid en inkomens zullen de mogelijkheid van Nederlanders om geld uit te geven nog verder onder druk zetten. De aangekondigde overheidsmaatregelen zullen weliswaar veel leed kunnen verzachten, maar dit niet geheel kunnen wegnemen. Ze kunnen dus niet voorkomen dat sommige mensen te maken krijgen met een daling van hun inkomen. Zo wordt mogelijk niet voor elke flexwerker werktijdverkorting aangevraagd, worden tijdelijke contracten misschien niet allemaal verlengd en zullen zzp’ers het aantal opdrachten zien teruglopen. De onzekerheid van de impact van de coronacrisis zal ook de koopbereidheid van consumenten doen afnemen.
Bedrijfsinvesteringen in de min
We verwachten dat bedrijven in 2020 2,1 procent minder zullen investeren dan in 2019. Sommige bedrijven zullen weliswaar noodinvesteringen plegen in bijvoorbeeld thuiswerksystemen. Maar de meeste ondernemingen zullen minder investeren omdat zij de vraag vanuit binnen- en buitenland scherp zien terugvallen, omdat ze (verplicht) dicht zijn of omdat hun productie afneemt. Dat laatste komt bijvoorbeeld door problemen in de toelevering van halffabricaten, een hoger ziekteverzuim of doordat medewerkers thuisblijven om op hun kinderen te passen. Opnieuw geldt dat de overheidsmaatregelen soelaas zullen bieden, maar niet volledig kunnen voorkomen dat de coronacrisis de winstgevendheid van bedrijven raakt. Daarmee zal ook de investeringsbereidheid van ondernemers afnemen. Zodra de maatregelen en onzekerheid over de duur en de impact van de corona-crisis afnemen, kan een deel van de uitgestelde investeringen worden ingehaald.
Ook export en import krimpen
Ook voor de export is ons beeld verder versomberd. Steeds meer landen schorten immers activiteiten op, waardoor de vraag naar Nederlandse producten terugvalt. Omdat door lagere consumptie en investeringen ook de vraag naar buitenlandse producten afneemt, voorzien we eveneens een krimp in de import. Voor 2020 verwachten we een krimp van 1,5 procent voor zowel de export als de import.
Overheidsbestedingen stijgen wel
We verwachten dat de overheidsconsumptie dit jaar met zo’n 2,6 procent zal toenemen. De overheid zal dit jaar vermoedelijk meer uitgeven aan de gezondheidszorg. Verder heeft het kabinet afgelopen Prinsjesdag al verschillende extra uitgaven aangekondigd. Maar we betwijfelen of het lukt deze laatste uitgaven daadwerkelijk in zijn geheel te doen, want dat vraagt al gauw meer overheidspersoneel. Het aantrekken daarvan is afgelopen jaar een grote uitdaging gebleken. Oplopende werkloosheid door de corona-crisis biedt niet meteen soelaas, omdat het vaak gaat om andere beroepsgroepen.
Verder heeft het kabinet zoals beschreven in eerste instantie 15,6 miljard euro toegezegd aan steunmaatregelen voor werkenden en het bedrijfsleven, en zo nodig meer. Dit telt niet in de overheidsconsumptie, maar zal uiteindelijk via bijvoorbeeld huishoudconsumptie en bedrijfsinvesteringen in de economie terecht komen. Wel hebben deze uitgaven een grote impact op de overheidsfinanciën. Die staan er op dit moment goed voor: de Nederlandse staatsschuld lag in het derde kwartaal van 2019 voor het eerst in bijna twaalf jaar tijd onder de 50 procent van het bruto binnenlands product. Dat is ruim onder de Europese begrotingsnorm van 60 procent. Nederland heeft daarmee een gunstige uitgangspositie om deze crisis het hoofd te bieden.