Update
Grondstoffentransitie is minstens zo urgent voor het bedrijfsleven als de energietransitie
De klimaatdoelen staan inmiddels bovenaan de agenda in vrijwel elke boardroom. Bedrijven weten dat om de klimaatdoelstellingen te behalen, er een energietransitie nodig is. Daarom wordt volop ingezet op duurzame energie en elektrificatie. Maar velen weten niet dat we ook radicaal anders zullen moeten omgaan met grondstoffen. Niet alleen voor het behalen van de klimaatdoelstellingen maar simpelweg ook omdat sommige cruciale grondstoffen schaars zijn en we te afhankelijk zijn van het buitenland. De noodzakelijke grondstoffentransitie gaat daarmee minstens zoveel impact hebben, maar de urgentie wordt nog niet genoeg gevoeld. In deze update gaan we in op de noodzaak en kansen van de grondstoffentransitie voor bedrijven, om te komen tot brede welvaart op de lange termijn.
In het kort:
Wat is de grondstoffentransitie?
De grondstoffentransitie richt zich op:
De wereldbevolking groeit nog dagelijks. Daarnaast neemt de consumptie per persoon toe en worden er steeds meer verschillende grondstoffen in producten verwerkt. Denk bijvoorbeeld aan grondstoffen voor batterijen en mobiele telefoons. Ondanks de aandacht voor circulair produceren neemt het gebruik van grondstoffen nog steeds toe en dit zorgt voor leveringsrisico’s (zie figuur 1).
Voor veel van die grondstoffen geldt dat ze niet onuitputtelijk zijn. In het huidige tempo raken een behoorlijk aantal grondstoffen binnen nu en 100 jaar op (zie figuur 2). Dit gaat uiteraard impact hebben op Nederlandse bedrijven uit bijvoorbeeld de industrie, de bouw, maar ook op onze gezondheidszorg.
Tegelijkertijd hebben we ook een klimaatprobleem. Om te voorkomen dat de aarde te veel opwarmt zijn daarom klimaatdoelstellingen afgesproken. Om deze doelstelling te halen moeten we vol inzetten op nieuwe oplossingen zoals windmolens, zonnepanelen en accu’s. Hiervoor zijn veel grondstoffen nodig die nu al schaars zijn. Nederland is bovendien voor al deze materialen afhankelijk van import van (bewerkte) grondstoffen en halffabricaten uit derde landen.
Terwijl 55% van de huidige wereldwijde broeikasgasemissies gerelateerd is aan energiesystemen, transport en verwarming van gebouwen, kan 45% worden toegeschreven aan de productie van producten en materialen, variërend van zware industrie tot voedsel. Om de klimaatdoelstellingen te behalen, maar ook om te komen tot een brede welvaart op lange termijn, is dus een grondstoffentransitie nodig. De grondstoffentransitie richt zich op de beschikbaarheid van kritische grondstoffen en op een circulaire economie waarin we radicaal efficiënter omgaan met grondstoffen, materialen en producten.
Tekort aan kritieke grondstoffen raakt ons concurrentievermogen
De controle over kritieke grondstoffen krijgt niet alleen een economische maar steeds meer een geopolitieke dimensie. Wereldwijd is er een wedloop bezig om technologisch koploper te worden en een strategische positie te krijgen in de energietransitie. Nederland is relatief kwetsbaar door onze groeiende behoefte aan kritieke grondstoffen, ze worden hier namelijk niet gewonnen en bewerkt.
Afgelopen jaren hebben we al ervaren dat een tekort aan grondstoffen voor ernstige ontwrichting kan zorgen. Door een snelle economische groei na de coronapandemie en een lagere productie tijdens de pandemie, ontstonden er wereldwijd toeleveringsproblemen. Dit zorgde voor langere levertijden, maar ook fors hogere prijzen. En ook de oorlog in Oekraïne heeft ons duidelijk gemaakt dat we voor bepaalde grondstoffen wel erg afhankelijk zijn van andere landen. Vooral China heeft een dominante positie (zie figuur 3).
De problemen van de afgelopen jaren waren nog tijdelijk. Maar als we nu niets doen, gaat een tekort aan grondstoffen voor structurele problemen zorgen. Omdat Nederland geen exporteur maar importeur is van kritieke grondstoffen – al komen die vaak niet direct, maar indirect via halffabricaten en eindproducten ons land binnen – lopen productiekosten van Nederlandse bedrijven op als deze grondstoffen schaarser en dus duurder worden. Duurdere grondstoffen raken onze welvaart. Daarom is toegang tot grondstoffen belangrijk voor onze concurrentiepositie en is inzetten op de grondstoffentransitie cruciaal.
Onvoldoende urgentiegevoel
Hoewel het duidelijk is dat we strategische keuzes moeten maken over gebruik en beschikbaarheid van grondstoffen, wordt die urgentie door overheid en bedrijfsleven onvoldoende gevoeld. Er zijn uitgebreide roadmaps en financiële middelen vrijgemaakt om de energietransitie mogelijk te maken maar er wordt nog niet genoeg aandacht besteed aan de grondstoffentransitie. Weliswaar heeft de overheid een Nationaal Programma Circulaire Economie 2023 - 2030 (NPCE) waarin staat dat Nederland in 2050 volledig circulair moet zijn, maar onlangs bleek uit een rapport van de Sociaal-Economische Raad (SER) dat de maatregelen van het kabinet niet voldoende zijn voor een volledig circulaire economie in 2050. De doelstelling om het gebruik van niet-biologische grondstoffen in 2030 te halveren wordt waarschijnlijk niet gehaald. Daarnaast blijven we de komende tijd volledig afhankelijk van derde landen voor de beschikbaarheid van kritische grondstoffen waarvoor nog geen alternatief is gevonden. De oproep van de SER is dan ook duidelijk: de grondstoffentransitie moet dezelfde urgentie krijgen als de energietransitie.
Hoopvol is de erkenning van de Critical Raw Materials Act (CRMA) door de EU. In de CRMA is beschreven welke stappen gezet moeten worden om voldoende beschikbaarheid van kritieke grondstoffen veilig te stellen. Meer specifiek wil de Europese Commissie de waardeketen van de geïdentificeerde kritieke en strategische materialen versterken. Voor 2030 zijn hiervoor de volgende doelstellingen geformuleerd:
De CRMA moet daarmee lidstaten aanzetten om maatregelen te nemen om de circulariteit ten aanzien van kritieke materialen te verhogen. Door in te zetten op een betere inzameling, hergebruik, inzet van recyclaat en onderzoek en ontwikkeling. In Nederland vertaalt zich dit in een grondstoffenstrategie die op dit moment verder wordt vormgegeven.
Het bedrijfsleven kan niet achterover leunen
De grondstoffentransitie gaat het bedrijfsleven in Nederland direct raken. Afhankelijk van het type bedrijf zal dit eerder of later gebeuren en hoewel er een duidelijke taak weggelegd is voor de overheid, zal ook het bedrijfsleven stappen moeten ondernemen. Dit kan niet zonder een gerichte ketenaanpak. Er zijn namelijk veel bedrijven betrokken voordat een product op de markt komt. Voor bedrijven is het daarom belangrijk nu al na te denken over de effecten van de grondstoffentransitie. Denk bijvoorbeeld aan het inventariseren van het grondstofverbruik. Welke grondstoffen worden of zijn al schaars en welke schaarse grondstoffen kunnen worden vervangen door niet schaarse of biobased-grondstoffen.
“De praktijk leert dat circulaire oplossingen vaak alleen van de grond komen als bedrijven samenwerken in een keten.”
Het is daarbij belangrijk dat bedrijven in gesprek gaan met ketenpartners. De praktijk leert dat circulaire oplossingen vaak alleen van de grond komen als bedrijven samenwerken in een keten. Speciaal voor dit soort projecten is er subsidie vanuit de overheid beschikbaar. Zo gaat er dit jaar subsidie naar een project dat circulaire gietvloeren gaat realiseren. Deze gietvloeren worden gemaakt van kalkzandsteen uit de sloop van gebouwen. Na de levensduur van 30 jaar worden deze vloeren gesloopt en kan het kalkzandsteen weer opnieuw gebruikt worden. Een ander project is het maken van multi-inzetbare meubels van houtresten. Hierbij wordt, vanuit de circulaire gedachte, de denkwijze omgedraaid. Er wordt eerst gekeken naar welke restmaterialen beschikbaar zijn, en daarna worden de meubels pas ontworpen.
Ook kunnen bedrijven inzetten op circulariteit door het 7-R model toe te passen (zie figuur 4). Door het 7-r model toe te passen, verminder je je materiaalgebruik. Dit dient niet alleen een maatschappelijk doel, maar bespaart ook nog eens kosten. Daarnaast levert het vaak een aantrekkelijk product op. De grondstoffentransitie is daarmee voor bedrijven niet alleen een uitdaging, maar vooral ook een kans.
Als het gaat om de grondstoffentransitie kan dus ook het bedrijfsleven niet achterover leunen. Bedrijven moeten kijken naar de eigen producten en productie, in gesprek gaan met ketenpartners, tijdig de risico’s in beeld brengen en zorgen dat het bedrijf klaar is voor de toekomst.
Wat doet Rabobank?
Als Rabobank zijn we bij een aantal initiatieven betrokken:
Circulair Ondernemen Desk van Rabobank
De overgang naar een circulaire economie betekent een grote omschakeling, van een lineair naar een circulair businessmodel. Om ondernemers hierbij te ondersteunen hebben we een Circulair Ondernemen Desk. De desk bestaat uit een team van specialisten die je helpen met strategische vraagstukken rondom circulaire businessmodellen. Zij denken mee over de financiering en leggen verbinding met relevante partners. Op deze manier begeleiden we klanten naar bestaande en/of nieuwe oplossingen. Daarnaast denken we graag mee over de financiering van innovaties. Ook als er nog geen bewezen resultaten, cash flow of betalende klanten zijn, maar er wel een belangrijke bijdrage wordt geleverd aan een maatschappelijk thema, zoals de grondstoffentransitie. We doen dit onder andere met de Rabo Innovatielening, maar bijvoorbeeld ook de Impactlening of Groen Lening.
Benieuwd wat Rabobank voor jouw circulaire ambities kan betekenen? Neem contact op met je accountmanager of stuur een mail naar de Circulair Ondernemen Desk. Of check hier de mogelijkheden van onze Rabo Innovatielening, Rabo Impactlening of Rabo Groen Lening.