Update
Kansen en uitdagingen voor detail- en groothandel na corona
De impact van de coronacrisis is nog steeds voelbaar in de detail- en groothandel. We zien dat de huidige crisis zorgt voor een versnelde digitalisering in winkels en groothandels. En dat de sector te maken krijgt met nieuwe uitdagingen: het landschap verandert.
Waar ligt de toegevoegde waarde in de toekomst en welke kansen zijn er voor winkels en groothandels? Je leest het hieronder.
Coronacrisis leidt tot nieuwe inrichting retaillandschap
Ten eerste zien we dat digitalisering van levensbelang is voor detailhandel. Alleen een fysieke winkel hebben is niet meer van deze tijd, het is belangrijk dat je ook andere digitale contactpunten hebt met je klanten. In de coronatijd hebben veel klanten het gemak van online winkelen ervaren. Na de crisis zullen klanten dit gemak van online bestellen alleen inleveren als daar iets tegenover staat: een bezoek aan een fysieke winkel moet echt van toegevoegde waarde zijn. Een digitale strategie is dus noodzakelijk en kan je zo uitgebreid maken als je zelf wilt (figuur 1).
Ten tweede is er door de coronacrisis meer oog en waardering gekomen voor lokale winkels. Om daarvan te blijven profiteren moeten lokale ondernemers ook digitaal worden en relevant blijven voor hun klanten. Daarnaast zal de anderhalvemetereconomie het verdienmodel van fysieke winkels onder druk zetten: er komen minder klanten, terwijl er wel meer personeel nodig is om de regels te handhaven. Dit zal ook gevolgen hebben voor de huren en dus de waarde van het winkelvastgoed en voor alle andere toeleveranciers van detailhandel.
Tot slot is het verstandig voor winkels om de inkoop te spreiden over verschillende regio’s die geografisch en cultureel dichtbij elkaar liggen. De afhankelijkheid van één ver weg gelegen regio voor de inkoop is een erg kwetsbaar model. Meer weten?
RetailTrends: coronacrisis leidt tot nieuwe inrichting retaillandschap
Groothandels: verminder je kwetsbaarheid door eindmarkten te spreiden
De sectoren die in hun omzet vol getroffen worden door de coronacrisis, zoals de non-food detailhandel of de horeca, zijn volop in het nieuws. Maar de groothandels – als toeleveranciers in de waardeketens – voelen ook zeker de gevolgen. Dit verschilt sterk per groothandel omdat de eindmarkten uiteenlopen. Daarbij zijn er eindmarkten die zeer hard getroffen worden (zoals horeca), maar ook markten die redelijk stabiel zijn gebleven (zoals bouw). Sommige groothandels zagen hun omzet zelfs flink zien groeien (zoals medische hulpmiddelen).
De crisis heeft geleerd dat bedrijven erg kwetsbaar zijn als ze afhankelijk zijn van één eindmarkt. Als die wegvalt, gaat de omzet naar nul terwijl de kosten gewoon doorlopen. Groothandels moeten zorgen voor meer spreiding in hun eindmarkten door hun producten en diensten aan meer verschillende klanten te verkopen. Daarmee worden de grenzen van hun businessmodel opgerekt, extra groeimogelijkheden aangeboord en de risico’s van een volgende crisis beperkt.
“Afhankelijkheid van één eindmarkt maakt erg kwetsbaar; spreiding vermindert risico’s”
Ook groothandels moeten flink aan de slag met digitalisering
In de detailhandel staat digitalisering al veel langer hoog op de agenda. Ook voor groothandels is digitalisering van het grootste belang. Er zijn drie belangrijke argumenten voor digitalisering voor groothandels: meer gemak, meer service en minder kosten. Als retailers online toegang krijgen tot de collecties van de groothandel en hun (voor)orders kunnen plaatsen en wijzigen, dan levert dat gemak op. Showrooms en beurzen kunnen mogelijk vervallen en klanten plaatsen orders wanneer, waar en hoe zij dat willen. Daarnaast bespaart het kosten en verlaagt het de kans op fouten. Een voordeel voor de detail- en groothandel.
Daarbij biedt de retailer zo ook meer service aan zijn klant, de consument. Zo kan de retailer bijvoorbeeld bestellen bij de groothandel en rechtstreeks laten leveren aan zijn klant (dropshipment) als hij een artikel zelf niet op voorraad heeft. Het ordersysteem van de groothandel geeft inzicht in alle artikelen met bijbehorende voorraad. Dit is goed voor de klant en voor de retailer, en ook voor de groothandel. Retailers geven de voorkeur aan een groothandel die deze service biedt ten opzichte van concurrenten die dit niet hebben.
Retailers kunnen groothandels worden en andersom
De Belgische supermarktketen Colruyt heeft in juni een nieuwe winkel ‘Colruyt Professionals’ geopend. Deze winkel is bedoeld voor B2B-klanten zoals horeca-ondernemers of andere winkeliers. De strategie om van detailhandel (B2C) naar groothandel (B2B) uit te breiden is logisch omdat er grote overlap zit tussen de producten die beide klantgroepen nodig hebben waardoor extra schaalvoordeel bereikt wordt. Daarbij profiteert de detailhandel van de kennis die in de groothandel wordt opgedaan. Exclusieve zalm of bijzondere kaas die populair is bij de horeca, kan ook in het retailassortiment worden opgenomen, waardoor de supermarkt zich ook op andere zaken dan ‘prijs’ kan onderscheiden.
Omgekeerd kunnen groothandels de consument ook direct bereiken en daarmee ‘retailen’. Zo kan een groothandel die bouwmateriaal levert aan professionele aannemers en installateurs, op diverse manieren direct de eindklant bedienen. Vaak heeft zo’n groothandel een showroom, winkel of webwinkel die ook voor particulieren kan worden geopend. Veel particuliere klanten zijn op zoek naar producten van hogere kwaliteit (met bijbehorende informatie en advies) en vinden dat niet in hun ‘gewone’ bouwmarkt. Groothandels kunnen zelfs een aparte winkelformule maken voor hun particuliere klanten, of een shop-in-shop openen in een andere winkel. Er zijn kansen genoeg om extra markten aan te boren.
Uitdagingen voor de ‘buitenstad’ zijn nog groter
In de buitenstad vind je alle verkooppunten buiten de centrumgebieden (winkelcentra, wijkwinkelcentra en historische binnensteden). In Nederland omvat de buitenstad de helft van de bijna 30 miljoen vierkante meter winkelvloeroppervlak (wvo) en bestaat uit 210 woonboulevards, decentrale detailhandelsclusters, retailparken en outletcentra. De buitenstad onderscheidt zich van drukke gebieden door de goede bereikbaarheid, ruime parkeermogelijkheden, lage parkeertarieven en lage huisvestingslasten.
Net als binnensteden heeft ook de buitenstad een probleem. Het winkelareaal in de buitenstad is sinds 2005 nog veel sterker gegroeid dan dat van de centrumgebieden (zie figuur 2) waardoor nu sprake is van: een structureel overschot aan meters, een aanbod dat te versnipperd en tegelijkertijd teveel van hetzelfde is en een grote overlap in verzorgingsgebieden. De strategie voor een gezonde, vitale buitenstad is: minder meters en minder verkooppunten waarbij de buitenstad aantrekkelijker wordt en de consument er graag blijft komen, verblijven, kopen en afhalen.
De Rabobank is nauw betrokken bij de ontwikkelingen in de detail- en groothandel. Benieuwd welke kansen er voor jou zijn? Neem vrijblijvend contact op.