Onderzoek
Eerste haarscheurtjes in brede welvaart worden zichtbaar
De coronapandemie heeft grote gevolgen voor ons dagelijks leven. De meeste aandacht gaat uit naar de volksgezondheid en de economie, maar er is nog weinig bekend over de impact op onze brede welvaart. In hoeverre is deze door de coronacrisis aangetast? Op welke onderdelen van de welvaart heeft de crisis invloed? En zien we verschillen tussen bevolkingsgroepen?
Om inzicht te krijgen in de brede welvaart van Nederlanders, vroegen we in het late voorjaar van 2019 en 2020 ruim tienduizend mensen om de hoogte van hun welvaart op elf dimensies (figuur 1) aan te geven. Door de antwoorden op deze vragen op te tellen tot één score, krijgen we bovendien voor elke respondent een totaalscore voor brede welvaart. Ongeveer vijfduizend mensen vulden de enquête in beide jaren in. Door hun antwoorden van dit jaar te vergelijken met die van vorig jaar, krijgen we een indruk van de effecten van de coronacrisis op brede welvaart. Zijn mensen bijvoorbeeld minder zeker van hun baan? Is hun gezondheid aangetast? Verstoort het vele thuiswerken de balans tussen werk en privé? Zijn mensen in het algemeen minder gelukkig? En de hamvraag: is de brede welvaart lager dan vorig jaar?
Brede welvaart in zijn geheel slechts een beetje gedaald
Om met de deur in huis te vallen: uit de enquête blijkt dat de brede welvaart vooralsnog nauwelijks is gedaald. De brede welvaart ligt 0,2 tot 0,5 procentpunt lager dan vorig jaar. Een daling die bovendien statistisch nauwelijks significant is. Wellicht tegen de verwachtingen in zien we daarbij ook nauwelijks verschillen tussen bevolkingsgroepen. Zo zijn lager opgeleiden in hun algehele brede welvaart niet harder geraakt dan hoger opgeleiden, zijn mensen met een flexibel contract niet harder geraakt dan mensen met een vast contract en zijn ouderen niet harder geraakt dan jongeren (en andersom).
Dit neemt niet weg dat er wel degelijk grote verschillen tussen bevolkingsgroepen bestaan in het niveau van hun brede welvaart. Mensen met een hoger-onderwijsdiploma (universiteit of hogeschool) beschikken doorgaans over een aanzienlijk hogere brede welvaart dan mensen zonder hoger-onderwijsdiploma. En mensen met een vast arbeidscontract en ondernemers beschikken over behoorlijk meer brede welvaart dan mensen met een flexibel arbeidscontract. Die laatste groep beschikt op zijn beurt weer over meer brede welvaart dan werklozen. Tot slot bestaan er verschillen tussen mensen van verschillende leeftijden: jongvolwassenen tot 31 jaar en ouderen vanaf 68 jaar zijn over het algemeen welvarender dan de groep daartussenin.
“Op ten minste drie dimensies gaat het slechter dan vorig jaar”
Daling op sociale contacten, huisvesting en subjectief welzijn
De algehele brede welvaart is tot nu toe nauwelijks veranderd. Maar we zien wel ontwikkelingen op de onderliggende dimensies van brede welvaart. Op ten minste drie dimensies gaat het duidelijk slechter dan vorig jaar (figuur 2). Ten eerste sociale contacten. Dat is niet vreemd, gezien de beperkingen van fysiek contact tijdens de lockdown. Ook op huisvesting zijn we erop achteruit gegaan, maar dat kunnen we waarschijnlijk niet geheel aan de crisis toeschrijven. We zien namelijk al langer een daling van de woontevredenheid. Mogelijk heeft de crisis die trend versterkt, bijvoorbeeld omdat thuiswerken andere eisen stelt aan de woning en mensen vaker met het hele gezin thuis waren. Tot slot het subjectieve welzijn, de dimensie die het meeste onder druk staat en gaat over de vraag of mensen gelukkig zijn. Van alle respondenten is 23 procent gelukkiger en 29 procent minder gelukkig dan vorig jaar. Een forse verslechtering dus.
De enige dimensie waarop we een sterke verbetering zien, is inkomen. Maar let op, dit gaat niet over de vraag of het inkomen is veranderd, maar of mensen voldoende inkomen hebben. En de groep met voldoende inkomen is gegroeid, zo blijkt uit de enquête. De kans is groot dat de steunmaatregelen en de werkloosheidswet hier hun werk doen. Ondanks dat veel mensen een lager inkomen hebben, is dat inkomen voor de meesten nog wel voldoende.
Na volksgezondheid en economie aandacht voor de rest van onze welvaart
Onze brede welvaart staat onder druk, maar blijft als geheel vooralsnog redelijk op peil. Vooralsnog is hier echter het sleutelwoord. Onze verwachting is dat de werkloosheid in de loop van dit jaar verder stijgt, als de steunmaatregelen aflopen. Daardoor komen de inkomens verder onder druk te staan en hebben waarschijnlijk meer mensen onvoldoende inkomen. Daarnaast weten we uit de vorige crisis dat de brede welvaart later wordt geraakt dan de economie. Laat dit een les zijn voor de aanpak van de coronacrisis. De eerste scheurtjes in de brede welvaart, de verwachtingen voor de komende tijd en de ervaringen uit de vorige crisis betekenen dat beleidsmakers naast de volksgezondheid en de economie aandacht moeten hebben voor de andere onderdelen van onze welvaart.