Update
Tweede herstelfase Nederlandse economie treedt in na versoepelingen
De Nederlandse economie gaat sneller weer open dan de overheid eerder had voorzien. Dit gaat hand in hand met een aantrekkende economie. We verwachten dat het Nederlandse bruto binnenlands product in 2021 met 3,5 en in 2022 met 3,7 procent groeit.
Het aantal nieuwe besmettingen en IC-opnamen zijn gedaald (figuur 1) en dat is te merken in de Nederlandse economie. Vrijwel alles wat op anderhalve meter afstand kan, is niet langer aan beperkingen onderhevig. Bedrijven die actief zijn in de hardst getroffen sectoren, zoals de evenementen-, cultuur- en sportsector, kunnen nu weer op volle kracht draaien, op voorwaarde dat bezoekers een negatieve test of vaccinatiebewijs kunnen tonen. Het vaccinatietempo is de afgelopen weken flink opgevoerd en iedereen die een vaccin wil, zou tegen half juli een eerste injectie moeten hebben gekregen. De nieuwe ‘deltavariant’, die voor het eerst werd ontdekt in India, kan echter nog roet in het eten gooien. Ook in Nederland is deze variant inmiddels verschillende keren opgedoken en het RIVM verwacht dat zij “in de loop van de zomer dominant wordt”.
De heropening van de samenleving gaat hand in hand met een aantrekkende economie. Na een onderbreking van het herstel in het vierde kwartaal van 2020 en het eerste kwartaal van 2021 verwachten we dat de economie in het tweede kwartaal weer groeit. We voorspellen voor dit kwartaal een bbp-groei van 2,1 procent (kwartaal-op-kwartaal). Uit transactiegegevens van de Rabobank blijkt dat de consumptie in april en mei aanzienlijk is gestegen, doordat de maatregelen werden versoepeld en bijvoorbeeld voor bezoek aan winkels geen afspraak meer nodig was. Mensen gaven vooral meer uit aan eten en drinken, kleding, sieraden en sport. In mei lag de particuliere consumptie zelfs 1 procent hoger dan in dezelfde maand in 2019. Dit terwijl zij in april nog 9,2 procent minder uitgaven dan in april 2019.
Export flink hersteld
Ook de export herstelde flink en groeide in april met 25,7 procent op jaarbasis - vooral de export van machines en transportmiddelen nam fors toe. Daarmee lag de export in april 9,7 procent hoger dan twee jaar geleden. De invoer groeide eveneens, met 21,5 procent, en lag 9,4 procent hoger dan in dezelfde maand in 2019. Wel heeft het economische herstel geleid tot enige bezorgdheid over de inflatie, die in mei opliep tot 2,0 procent (HICP). Wij denken echter dat deze hoge inflatie slechts tijdelijk is.
De arbeidsmarkt zette in mei het gestage herstel voort (figuur 2), wat resulteerde in een daling van de werkloosheid naar 3,3 procent - slechts 0,4 procentpunt verwijderd van het dieptepunt van maart 2020. Bovendien neemt het aantal vacatures toe, terwijl het aantal werkenden in mei licht is gestegen. Er waren slechts 48.000 mensen minder aan het werk dan tijdens het pre-coronahoogtepunt van januari 2020. Toch is het op de arbeidsmarkt niet alleen maar rozengeur en maneschijn: in het eerste kwartaal van dit jaar wilden 390.000 parttimers meer uren werken tegenover 319.000 parttimers een jaar eerder. Bovendien liggen de werkgelegenheids- en participatieniveaus onder jongeren (15-25 jaar) nog steeds ruim onder het pre-coronaniveau (figuur 3).
Vooruitkijken
Vooruitkijkend verwachten we dat de Nederlandse economie in 2021 met 3,5 en in 2022 met 3,7 procent groeit (tabel 1). Voor 2021 is dat lager dan we eerder hadden voorspeld, maar dit hangt volledig samen met herzieningen door het CBS van eerder vrijgegeven bbp-cijfers. Zo werd de bbp-groei van het eerste kwartaal van 2021 neerwaarts herzien van -0,5 naar -0,8 procent (kwartaal-op-kwartaal). Aan de andere kant stelde het CBS de groei van het vierde kwartaal van vorig jaar naar boven bij tot 0,0 procent (kwartaal-op-kwartaal). Dit betekent dat Nederland technisch gezien is ontsnapt aan een tweede corona-recessie.
De vooruitzichten voor de Nederlandse economie zijn gunstig en we verwachten een stevige groei in de komende kwartalen. Zo bereikte het producentenvertrouwen in juni een recordhoogte. Ook consumenten hebben steeds meer vertrouwen gekregen en zijn bijzonder optimistisch over de economische situatie in de komende twaalf maanden (figuur 4). We verwachten dat de economie in het derde kwartaal van dit jaar weer op pre-coronaniveau ligt. Dat is eerder dan de andere Europese economieën. De overheid verlengde weliswaar haar steunmaatregelen tot het derde kwartaal van dit jaar maar zal de maatregelen voorlopig niet verder verlengen. Verder werd ook de NOW versoberd omdat de economie wezenlijk beter draait dan een maand geleden werd verwacht. Door de afbouw van de steunpakketten stijgt de werkloosheid de komende kwartalen naar verwachting licht met een piek van 4,2 procent in het tweede kwartaal van 2022.
Coalitievorming in impasse terechtgekomen
Ondertussen zijn de gesprekken over de vorming van een nieuwe coalitie vastgelopen. De huidige patstelling is vooral het gevolg van een versnipperde Tweede Kamer na de verkiezingen van maart. Hierdoor zijn er vijf partijen nodig om een meerderheid te bereiken. Om de patstelling te doorbreken, is de twee grootste partijen gevraagd een regeerakkoord op te stellen. In een later stadium kunnen andere partijen zich daarbij aansluiten en aanpassingen of aanvullingen voorstellen. Of deze poging om de impasse te doorbreken effectief is, valt nog te bezien, gezien de substantiële verschillen tussen sommige potentiële coalitiekandidaten.