Update
Nederland: bbp terug op pre-coronaniveau - wat nu?
We verwachten dat de Nederlandse groeicijfers weer naar een 'normaler' niveau terugkeren en dat de economische groei in het derde kwartaal uitkomt op 1,2 procent k-o-k; aanzienlijk gematigder dan de 3,8 procent k-o-k van het tweede kwartaal. Er is tegenwind van beperkingen aan de aanbodzijde, zoals tekorten aan arbeidskrachten, verstoringen in de toelevering en het niet beschikbaar zijn van voldoende (ruwe) inputs.
We verwachten nog steeds dat de inflatiestijging van voorbijgaande aard zal zijn, maar het risico van een langdurige periode van snel stijgende consumentenprijzen is opwaarts gericht. Het derde kwartaal van 2021 zal de geschiedenisboeken ingaan als het moment waarop de Nederlandse economie terugkeerde naar pre-Covid niveau, oftewel het bbp van Q4 van 2019. We verwachten dat de economische groei in Q3 van 2021 uitkomt op 1,2 procent k-o-k, wat aanzienlijk gematigder is dan in het tweede kwartaal toen de groei uitkwam 3,8 procent k-o-k. Dit suggereert dat het economisch herstel van de coronacrisis aan kracht verliest en de economische bedrijvigheid normaliseert. Dat is ook terug te zien in de transactiegegevens van de Rabobank die worden gebruikt om de consumentenbestedingen te meten. Bovendien bleef het economisch sentiment gedurende het derde kwartaal optimistisch, maar verbeterde het niet ten opzichte van het niveau dat in het tweede kwartaal werd waargenomen (Figuur 1).
“De lage werkloosheid is goed voor consumenten, maar bedrijven hebben moeite om personeel te vinden”
De dienstensector heeft waarschijnlijk geprofiteerd van de versoepelingen van de inperkingsmaatregelen en heeft daarom naar verwachting een belangrijke bijdrage geleverd aan de groei in het derde kwartaal. De productie van de verwerkende industrie steeg in juli en augustus met 2,3 procent op kwartaalbasis ten opzichte van het tweede kwartaal, terwijl de detailhandelsverkopen in het derde kwartaal met 2,5 procent groeiden. Beide groeiden echter aanzienlijk minder dan in het tweede kwartaal. Ook in het derde kwartaal bleef de arbeidsmarkt verbeteren, zoals blijkt uit een netto toename van 67.000 werkende Nederlanders (figuur 2). Hoewel de lage werkloosheidscijfers goed nieuws zijn voor consumenten, hebben bedrijven moeite om personeel te vinden, wat de economische groei in de toekomst zou kunnen belemmeren.
Blijft inflatie boven de doelstelling?
Vooruitkijkend verwachten we dat de groeicijfers weer naar een ‘normaler’ niveau zullen terugkeren. De economie ondervindt vooral tegenwind van beperkingen aan de aanbodzijde, zoals tekorten aan arbeidskrachten, verstoringen van de toeleveringsketen en het niet beschikbaar zijn van voldoende (ruwe) inputs. De producenten blijven echter optimistisch en het producentenvertrouwen bereikte in oktober een recordhoogte. De vraag lijkt echter het aanbod te overtreffen. Enquêtes wijzen al een tijdje op positieve beoordelingen van de orderboekniveaus en de verwachte activiteit onder producenten. Tegelijkertijd zijn de productieprijzen (PPI) fors gestegen en lagen in augustus 14,5 procent hoger dan een jaar geleden (Figuur 3).
De Nederlandse consumentenprijsinflatie trekt ook aan en zou meer zijn gestegen als er geen korting op collegegeld en huurbevriezingen waren geweest. De HICP-index stond in oktober 3,8 procent hoger (vergeleken met een jaar geleden), waardoor het cijfer op jaarbasis op 1,9 procent kwam. Hogere energieprijzen speelden een belangrijke rol. Aangezien de gasprijzen naar verwachting hoog zullen blijven (ondanks de belofte van Poetin om de gasreserves van Europa aan te gaan vullen) en omdat termijngasprijzen aanzienlijk hoger liggen dan de spotprijs in de rustige tijden, is de verwachting dat energieprijzen de algemene index omhoog zullen blijven stuwen in de komende maanden. Verder is het denkbaar dat de eerder genoemde tweecijferige productieprijsstijgingen doorwerken in de consumentenprijzen, hoewel historisch gezien de correlatie tussen productieprijzen en toekomstige consumentenprijzen bescheiden was. Bovendien hebben verschillende grote bedrijven die actief zijn in de consumptiegoederensector aangekondigd de (eindproduct)prijzen te verhogen als gevolg van de gestegen grondstof- en transportprijzen. Enquêtes wijzen ook op positieve beoordelingen van de verwachte verkoopprijzen in de verwerkende industrie.
We verwachten nog steeds dat de inflatiestijging van voorbijgaande aard zal zijn, maar het risico van een langdurige periode van snel stijgende consumentenprijzen is opwaarts gericht. Wereldwijde verstoringen van de toeleveringsketen zijn hardnekkiger gebleken dan eerder werd verwacht. Deze zullen waarschijnlijk niet snel worden verholpen, maar zouden uiteindelijk relatief tijdelijk moeten zijn. De meest waarschijnlijke oorzaak voor aanhoudende inflatie zou een loon-prijsspiraal zijn. Tot dusver was de loongroei bescheiden met 2,2 procent j-o-j in de eerste drie kwartalen van 2021, maar wat niet is, kan nog komen. De werkgelegenheidsverwachtingen van werkgevers zijn optimistisch, de werkloosheidsgraad staat op een ultralaag niveau en het aantal openstaande vacatures is groter dan het aantal werklozen (Figuur 4). Bovendien was de participatiegraad, oftewel het percentage van de beroepsbevolking dat werkt of werkloos is, in het tweede kwartaal slechts 0,1 procentpunt lager dan de maximale pre-coronaparticipatiegraad.
Demissionair kabinet
Ondertussen begint het aantal coronagevallen in Nederland weer op te lopen en dat gaat sneller dan de autoriteiten hadden verwacht. Ook de bezetting in de ziekenhuizen stijgt snel, terwijl de vaccinatiegraad vlak blijft en seizoenseffecten steeds meer een rol gaan spelen. De IC-capaciteit is lager dan een jaar geleden doordat de reguliere zorg is hervat en er wordt gewerkt aan het wegwerken van de achterstand. Om het terugschalen van de reguliere zorg te voorkomen, heeft het demissionaire kabinet besloten om opnieuw 1,5 meter-maatregelen in te voeren. Inderdaad, zeven maanden na de verkiezingen wordt Nederland nog steeds geregeerd door een demissionair kabinet op een moment dat er actie moet worden ondernomen op urgente zaken als klimaat en woningmarkt. Het meest waarschijnlijke scenario is er nu een waarin dezelfde vier partijen opnieuw een coalitieregering vormen.