Opinie
Schuld van Trump? Ook de Democraten willen China aanpakken
Het handelsconflict doet steeds meer pijn, maar wie denkt dat de ruzie tussen China en de VS bijna voorbij is, heeft het mis. Door binnenlandse politieke belangen kunnen zowel de Chinezen als de Amerikanen niet zomaar toe geven.
De dreiging van een totale handelsoorlog tussen de Verenigde Staten (VS) en China heeft de financiële markten nu al in haar greep. Als Trump doorzet met zijn dreiging om alle invoer uit China te belasten met 25 procent, en China ook terugslaat, dan is dat extra slecht nieuws voor de wereldeconomie.
Wij schatten in dat een volledige handelsoorlog bijna 2 procentpunt van de Amerikaanse bbp-groei afschaaft gedurende vijf jaar. De impact op China zou zelfs bijna drie keer zo groot zijn.
Hoe waarschijnlijk is zo'n scenario? Daarvoor moeten we duiken in zowel de Amerikaanse als de Chinese binnenlandse politiek.
Minstens twee aspecten worden vaak onderschat en beide verhogen het risico op escalatie. Ten eerste delen de meeste Amerikanen de zorgen van Trump over China, inclusief de Democraten. Ten tweede zijn Chinese leiders banger om te bezwijken onder Amerikaanse druk dan voor een handelsoorlog.
In de VS is het politieke landschap sterk gepolariseerd, maar niet als het gaat om China. Amerikanen maken zich zorgen over de economische kracht van de Aziatische reus, zo blijkt uit enquêtes van Pew en Gallup.
De Democratische presidentskandidaten zijn het niet eens met hoe Trump China aanpakt, maar de meesten zijn het wel met hem eens dat China moet worden aangepakt (een uitzondering hierop vormt overigens Joe Biden, die door andere democraten wordt bekritiseerd omdat hij te soft is in zijn houding jegens China).
Daarom is het voor Trump aanlokkelijker om China hard aan te pakken.
Als Trump teveel toegeeft dan zouden de Democraten in de verkiezingsstrijd hem immers kunnen afschilderen als zwak. Het brede anti-China-sentiment betekent ook dat de handelsspanningen na de verkiezingen niet verdwijnen.
Als de handelsoorlog verder escaleert, heeft de Chinese economie hiervan het meest te lijden. Ironisch genoeg wordt het voor de Chinese leiders echter steeds moeilijker om zich flexibel op te stellen naarmate de VS haar machtspositie gebruikt.
Bij de oprichting van de Volksrepubliek China riep Mao Zedong immers het einde uit van de 'Eeuw van vernedering' waarin het land werd gedwongen 'ongelijkwaardige verdragen' aan te gaan met concessies op het terrein van handel en grondgebied.
Een communistische partij die claimt dat zij de zelfbeschikking van China heeft hersteld kan niet openlijk ingaan op de eisen van Trump. Het is consistenter om de Chinese bevolking te vragen weerstand te bieden aan de VS.
Om dit te benadrukken, zijn de staatsmedia inmiddels begonnen met verwijzen naar de Koreaanse Oorlog, of zoals zij die noemen, de 'Oorlog om weerstand te bieden aan Amerika en Korea te helpen'. China had in die oorlog drie keer zoveel slachtoffers als de VS, maar toch eindigde het in een patstelling.
Chinese leiders laten dus weten dat ze niet onder druk gezet kunnen worden, en Amerikaanse leiders worden juist aangespoord om krachtig op te treden. De markten maken zich dus terecht zorgen over een pijnlijk handelsconflict.
Deze column is eerder verschenen op RTL Z/Opinie, 29 mei 2019