Opinie
Too much is not enough
Tijdens het lezen van de Miljoenennota spookte een zinnetje uit het nummer Oh no! Bruno! van de Canadese punkrockband Nomeansno door mijn hoofd: too much is not enough. Deze vijf woorden vatten de Miljoenennota wat mij betreft namelijk perfect samen.
Om te beginnen met het eerste deel: Too much. Volgens het Centraal Planbureau (CPB) zorgen de torenhoge energieprijzen ervoor dat Nederland collectief 3,3 procent van het bruto binnenlands product armer is geworden. Je wil voorkomen dat deze pijn terecht komt bij de groepen die dit niet kunnen dragen, namelijk de lage inkomens en lagere middeninkomens. Dat is het kabinet met het Prinsjesdagpakket goed gelukt. De koopkrachtberekeningen van het CPB laten zien dat mensen met een laag inkomen er dit jaar weliswaar 5 procent op achteruit gaan en mensen met een uitkering bijna 2 procent, maar volgend jaar kunnen deze groepen een plus tegemoet zien van respectievelijk 7,5 en 8,5 procent. En hierbij is nog geen rekening gehouden met het aangekondigde plafond op de energieprijs.
Probleem is echter dat het kabinet deze bestedingsimpuls niet neutraliseert. De Nederlandse economie draait momenteel al harder dan wat we aankunnen. Dat kun je berekenen, maar zien we ook terug in de praktijk: denk aan de soms extreme tekorten aan personeel en materialen en de oplopende kerninflatie. Om te voorkomen dat de miljarden van het koopkrachtpakket nog meer olie op het vuur gooien, zou je de stimulering bij de laagste inkomensgroepen moeten neutraliseren door de koopkracht bij de hogere inkomens sterk te beknotten, bijvoorbeeld met hogere belastingen. Dat pleit er ook voor om alleen te compenseren waar het écht nodig is, zodat elders minder hoeft te worden geneutraliseerd. Maar dit pakket compenseert ten dele ook huishoudens die in staat zouden moeten zijn om de kostenstijging zelf op te vangen, en neutraliseert de koopkrachtimpuls bovendien onvoldoende. Het probleem wordt nog groter doordat mensen met een laag inkomen van elke euro die ze binnenkrijgen een groter deel uitgeven dan mensen met een hoog inkomen. Dit kan volgens eigen berekeningen zomaar een factor 4 schelen. Voor een neutrale impact op de economie moet de overheid dus (veel) meer geld weghalen bij mensen met een hoog inkomen dan dat ze extra aan de mensen met een laag inkomen geeft. Ongetwijfeld is dit politiek niet haalbaar, maar hierdoor neemt wel het risico toe dat we een veel hardnekkigere inflatie creëren die ons veel langere tijd gaat achtervolgen.
En dan het tweede deel: Not enough. Het omvangrijke pakket aan plannen besteedt nauwelijks aandacht aan de oorzaak van de huidige energiecrisis, namelijk dat de vraag naar gas en elektriciteit simpelweg groter is dan het aanbod. Het is dan ook tenenkrommend om Jesse Klaver in Buitenhof te horen betogen dat de markt moet worden ‘uitgezet’ en een prijsplafond onze sores zou oplossen. Sure, via regulering wil je excessen in de markt (zoals absurde overwinsten) de kop indrukken en de grilligheid temperen. Daarin heeft Brussel ook al stappen gezet. Maar de markt is niet de oorzaak van de hoge gasprijs. Die is het gevolg van een diepgeworteld probleem waarmee we komende jaren te maken hebben: Russisch gas komt niet terug. Dan kun je eigenlijk maar twee dingen doen: het gasverbruik verminderen en als de wiedeweerga plannen uitvoeren om te transformeren naar een duurzame brede energiemix. Dát had centraal moeten staan in de Miljoenennota. Het is gênant dat het kabinet slechts een schamele 300 miljoen uittrekt voor de verduurzaming van woningen, terwijl het wel 1,2 miljard steekt in lagere diesel- en benzineaccijnzen.
Helaas is Prinsjesdag dus weer uitgedraaid op een teleurstelling. Terwijl we wel van crisis naar crisis hobbelen, lijkt onze politiek niet bij machte om de échte oorzaak van de problemen tijdig aan te pakken. Mocht dit ook bij u af en toe tot de nodige frustratie leiden, dan heb ik hier een link om even af te reageren: Oh no! Bruno! (niet voor de tere oortjes).
Eerder verschenen bij RTL Nieuws