Ik werd flink in het diepe gegooid toen ik café Orloff overnam
Wijsheid komt met de jaren. Daarom laten we ouderen terugkijken op hun financiële keuzes. Deze keer Bert Cools (74), voormalig eigenaar van de bekende Orloff-horecazaken. Afgelopen maart nam zoon Martijn zijn aandelen over, en daarmee de drie vestigingen.
Na 39 jaar niet meer de baas van Orloff, hoe is dat?
‘Best wel gek. Maar het gaat goed met me, hoor – ik ben net terug van vakantie. De overname was een geleidelijk proces, zoiets doe je niet van de een op de andere dag. Martijn en ik waren er al jaren mee bezig en de komende tijd blijf ik ook nog betrokken. Ik regel bijvoorbeeld het onderhoud van de drie vestigingen. Dat maakt de overname draaglijker voor me.’
Wat was je allereerste betaalde baan?
‘Ik begon op m’n 28e als kostprijsberekenaar bij Zwaardemaker in Maarssen. Dat bedrijf ken je vast van de aanmaaklimonade Karvan Cévitam. Ik moest onder andere bijhouden hoeveel suiker we nog op voorraad hadden. Het was niets voor mij.’
Wie leerde je met geld omgaan?
‘Dat deed ik zelf. Ik werd flink in het diepe gegooid toen ik in 1984 café Orloff overnam van Wil Jansen. Hij runde ook café De Zaak en was daar al druk genoeg mee. Toen hij vroeg of ik Orloff wilde doen, zei ik ‘ja’. Ik was toen 34 en net een jaar bedrijfsleider bij Orloff. Ik wist hoe leuk ik het vond om achter de bar te staan en mensen te onderhouden. Maar nu was ik opeens verantwoordelijk voor het hele reilen en zeilen van het café – van personeelszaken tot de juiste prijzen bepalen op de menukaart. Daar heb ik veel van wakker gelegen. Wilde ik dit echt? Uiteindelijk heb ik mezelf alle facetten van het ondernemen eigen gemaakt. En daar bleek ik best goed in.’
Wat is de beste financiële keuze die je hebt gemaakt?
‘Martijn en ik kochten in 2010 café Copa, dat naast Orloff aan de Donkere Gaard zat. Een mooie gelegenheid om uit te breiden én een enorme kans voor mijn zoon. Orloff had ik in m’n eentje opgebouwd, maar daar zat niets van Martijn in. Terwijl hij toen ook al flink betrokken was bij de zaak. Op deze manier kon hij ook meebouwen aan het bedrijf. Dat vond hij geweldig en spannend tegelijk. We moesten verbouwen en meer personeel regelen. Maar het bleek de beste beslissing in mijn carrière, want daarna liep Orloff steeds beter. Zó goed zelfs dat we een tweede vestiging openden: Orloff aan de Kade.’
Van welke uitgave heb je spijt?
‘Spijt is een groot woord, maar ik vind het jammer dat ik nooit heb gespaard. Mijn geld ging altijd op aan vakanties of investeringen in de zaak. Andere café-eigenaren spaarden wél en konden onroerend goed kopen. Ik niet. Ik heb wel een eigen koophuis, maar de Orloff-panden zijn niet van ons. Dat had ik anders kunnen doen.’
Wat had je met dat spaarpotje willen doen?
‘Meer zekerheid creëren. De horeca is een onzekere wereld. Dat bleek wel tijdens de pandemie. Net nadat wij onze derde zaak Villa Orloff kochten, brak corona uit. Als de overheid toen niet was bijgesprongen, hadden we het niet gered. We zijn nog steeds een fikse schuld aan het aflossen. Dat lukt prima omdat onze vestigingen zo goed lopen. Sterker nog: we draaien beter dan voor corona. Ik realiseer me dat we ontzettend veel mazzel hebben gehad.’
Waar geef je het meeste geld aan uit?
‘Ik ga graag op vakantie, liefst naar Zuid-Frankrijk en Ibiza. Dat deed ik ook toen ik Orloff runde. Die verantwoordelijkheid vertrouwde ik mijn personeel toe. Het zorgt ervoor dat ze niet alleen maar stomweg hun werkdagen volmaken, maar dat het café ook aanvoelt als hun eigen zaak.’
Welke les wil je doorgeven aan de volgende generatie?
‘Betaal je personeel en leveranciers meteen. Krijg ik een rekening van de loodgieter? Dan maak ik het bedrag direct over. Zo bouw je goede relaties op, en is de kans groot dat ze de volgende keer sneller voor je klaarstaan. Zo blijft je zaak altijd goed lopen.’