Woonfonds RijswijkBuiten: bijdragen aan vergroten toegang woningmarkt
Op 17 april overhandigde minister De Jonge van Volkshuisvesting symbolisch de eerste sleutel aan de nieuwe bewoners van het Rijswijkse woningbouwproject ‘Wonen in de Cocon’. Vanuit het Woonfonds RijswijkBuiten werden hier 100 duurzame woningen voor middeninkomens gerealiseerd. In het woonfonds participeerden de gemeente Rijswijk, Dura Vermeer en Vastgoed Syndicering Nederland. Rabobank trad op als financier.
“In de regio Leiden-Haaglanden hebben we te maken met een uiterst lastige woningmarkt”, zegt Harry Wientjens, directeur coöperatieve Rabobank en voorzitter van de Economic Board The Hague. “De groei van de woningvoorraad blijft achter bij de groei van de huishoudens. En dat leidt tot forse prijsstijgingen en een lange wachttijd voor sociale huurwoningen. De markt zit op slot. En dus is er een grote urgentie om het aanbod van woningen te vergroten.”
Noodzaak tot samenwerking
Maar in de huidige tijd is het volgens Wientjens ‘best ingewikkeld’ om nieuwbouwprojecten te realiseren. “Bouwgrond is schaars en de bouwkosten stijgen momenteel sterk. Daarnaast zijn de stichtingskosten hoog en is er een behoefte en noodzaak om duurzaam te bouwen. Dat is een ingewikkelde puzzel.” En die puzzel kan alleen worden gelegd door samenwerking, benadrukt Wientjens. “De provincie, gemeenten, woningcorporaties en marktpartijen zullen met elkaar de dialoog aan moeten gaan. Om te kijken waar er nog gebouwd kan worden, hoe er gebouwd kan worden en tegen welke voorwaarden. Oftewel: hoe zorg je ervoor dat iets wat misschien in eerste instantie onmogelijk lijkt, uiteindelijk toch haalbaar is?” Die samenwerking kan slechts slagen als aan twee belangrijke voorwaarden is voldaan, stelt Wientjens. “Ten eerste moet van meet af aan heel helder zijn wat een project voor de betrokken partijen oplevert. En ten tweede moet er bij alle partijen de bereidheid zijn om concessies te doen: dat je genoegen neemt met iets minder rendement, iets minder woningen of iets minder grond. Het samen doen, is het recept voor succes.”
Versterken van brede welvaart
Maar – zo onderstreept Wientjens – het gaat niet om bouwen en stenen alleen. “In samenwerking met de universiteit Utrecht hebben wij als Rabobank (Rabo Research) de Brede Welvaartsindicator ontwikkeld. Onder brede welvaart verstaan we alles wat mensen van waarde vinden. Dat gaat verder dan economische groei. Dan gaat het óók over zaken als gezondheid, veiligheid, milieu, welzijn, sociale contacten en huisvesting. Het gaat dus om het algehele welbevinden van mensen.” Het project ‘Wonen in de Cocon’ laat volgens Wientjens bij uitstek zien hoe die brede welvaart versterkt kan worden. “Zo is er afgesproken dat mensen die al zes jaar of langer in Rijswijk wonen of een sociale huurwoning achterlaten, voorrang krijgen bij toewijzing van de 38 eengezinswoningen en 62 appartementen. Eén investering door het Woonfonds leidt zo tot twee verhuizingen in Rijswijk. Zo ontstaat er doorstroom op de woningmarkt en wordt de wachttijd voor sociale huurwoningen verkort.” Voorrang is er bovendien voor mensen in cruciale beroepen, zoals onderwijzers, politieagenten, brandweerlieden en zorgmedewerkers, vertelt Wientjens. “Ook dat is vanuit het perspectief van brede welvaart heel waardevol. Daarmee draagt het bij aan goede zorg, goed onderwijs en voldoende veiligheid in de gemeente.”
Veel groen en duurzame oplossingen
Ook op een aantal andere vlakken versterkt ‘Wonen in de Cocon’ de brede welvaart, zo maakt Wientjens duidelijk. “Het gebied is stedenbouwkundig zo ingericht dat elke straat straks in verbinding staat met het aangrenzende Wilhelminapark, met maar liefst 150 hectare groen. Daarnaast komt er in de Drievlinderstraat een tiny forest. Dat is niet alleen een prettige plek voor vlinders, vogels en bijen. Kinderen leren er over de natuur en voor buurtbewoners is het een plezierige ontmoetingsplek.” Bij de bouw van de woningen is bovendien volop ingezet op duurzaam wonen, vertelt Wientjens. “De woningen zijn voorzien van een warmtepomp, zonnepanelen, vloerverwarming en hoogwaardige isolatie. Dat is goed voor het milieu, maar zorgt ook voor lage energielasten voor de bewoners.” Verder wordt het een kindvriendelijke wijk, met autoluwe en autovrije straten. Wientjens: “Op een aantal centrale plekken in de wijk worden mobiliteitspunten van deelvervoerder Hely gerealiseerd, waar deelauto’s en deel(bak)fietsen beschikbaar zijn. En ook essentiële voorzieningen zijn in de buurt. Zo wordt er een supermarkt gebouwd, is er een Integraal Kindcentrum en komt er een nieuw gezondheidscentrum, met een huisarts, een verloskundige, fysiotherapie en een apotheek."
Al met al concludeert Wientjens dat dit project aantoont dat het vlottrekken van de woningmarkt hand in hand kan gaan met het versterken van de brede welvaart. “We zijn dan ook met andere gemeenten in gesprek om te kijken of we vergelijkbare projecten kunnen realiseren. Want samen kunnen we bouwen aan het versnellen van toegang tot de woningmarkt.”