Ekoplaza eerste klant nieuwe duurzaamheidslening Rabo
Biologische supermarkt Ekoplaza groeide in dertig jaar uit van Amsterdamse buurtwinkel tot internationale keten met meer dan 85 winkels. Ook de laatste jaren zet de groei door. Algemeen directeur Erik Does verklaart de populariteit: ‘Ouderen blijven bij ons voor het gezonde aanbod terwijl jongeren voor ons kiezen omdat wij bijdragen aan een duurzame toekomst.’
“We moeten anders omgaan met onze consumptie en goed nadenken over duurzame voedselsystemen, productie en verspilling.” – Erik Does, algemeen directeur Ekoplaza”
SDG 12.3 Lening
‘Bij ons draait alles om bewust lekker eten’, aldus Erik Does. Daarom zijn alle producten in de winkels 100% biologisch. Maar de groene missie van Ekoplaza stopt niet bij verantwoorde producten in het schap. Er wordt ook alles aan gedaan om voedselverspilling tegen te gaan. Om deze ambitie kracht bij te zetten koos de organisatie als eerste klant onlangs voor de nieuwe SDG 12.3 Lening bij Rabobank. De essentie van de lening is eenvoudig: hoe minder voedsel je verspilt, hoe minder rente je betaalt. De naam is afkomstig van het Sustainable Development Goal 12.3 waarmee de Verenigde Naties in 2030 de helft van alle voedselverspilling wil verminderen.
Het is nieuw voor Ekoplaza om zo met een bank op te trekken, maar ook voor Rabobank is dit een primeur. Pieter Bos, director Rabobank Wholesale, licht toe. ‘Dergelijke duurzaamheidsleningen waarbij klanten beloond worden met een lagere rente als ze hun duurzaamheidsdoelen halen, bestond al even. Maar Rabobank heeft daar nu deze variant rond voedselverspilling aan toegevoegd. Er is ontzettend hard gewerkt om deze nieuwe lening tot stand te brengen.’
Duurzame ambities
De ambities blijven groot, vertelt Does, om steeds te blijven zoeken naar waar het nog beter en duurzamer kan. In die ambitie past ook de afspraak die aan de nieuwe lening met Rabobank hangt. ‘We gaan samen met de bank kijken hoe we onze voedselverspilling nog beter kunnen monitoren’, zegt hij. ‘We doen al veel maar we weten nog onvoldoende wat er allemaal gebeurt. Dus dit is een mooie stok achter de deur voor ons om die voedselverspilling nog beter in kaart te brengen.’