Stijgende inflatie geen voorbode van stagflatie

15 november 2021 16:24

Hoewel het economisch momentum afzwakt, is er volgend jaar sprake van een bovengemiddelde groei van de wereldeconomie. De inflatiedruk neemt naar verwachting af. Wel is de onzekerheid over inflatie groter dan normaal.

Stijgende inflatie geen voorbode van stagflatie

De laatste inflatiecijfers voeden de discussie over een mogelijk stagflatiescenario onder economen en beleggers. In de VS kwam de inflatie in oktober uit op 6,2%; het hoogste niveau sinds 1990. En in de eurozone bedroeg de inflatie 4,1%, wat het hoogste niveau is sinds juli 2008. De prijsdruk komt ook uit niet-tijdelijke categorieën, maar de energiecomponent voert de boventoon. Recent hebben de gasprijzen de inflatie een verdere impuls gegeven en ook de loongroei roert zich. Bovendien zien we de eerste signalen dat consumenten voor de komende jaren rekening houden met een hogere inflatie. Toch achten we zoals gezegd de kans op een traditioneel stagflatiescenario klein. Als we het hebben over stagflatie dan bedoelen we het scenario van de jaren 70 met lage groei, hoge werkloosheid en torenhoge inflatie. De verschillen met de jaren 70 zijn simpelweg te groot is. De structuur van de economie is significant veranderd. Zo is bijvoorbeeld de olie-intensiteit van de wereldeconomie sinds de jaren 70 gehalveerd, waardoor een sterke stijging van de olieprijzen minder ontwrichtend is voor de wereldeconomie. Ook is de macht van vakbonden veel minder groot dan we in de jaren 70 hebben gezien. De kans op een loonprijsspiraal is dan ook niet vergelijkbaar.

De jaren 70 kenmerkte zich niet alleen door hoge inflatie, maar ook door een zeer hoog werkloosheidscijfer. De zogenaamde misère-index die beide grootheden bij elkaar optelt, geeft dit goed weer en onderstreept het grote contrast met de jaren 70. Wij zien nu weliswaar hoge prijsdruk, maar wel in combinatie met een lage werkloosheid en hoge groei. Wij houden in ons basisscenario voor volgend jaar rekening met een afnemende inflatiedruk in de loop van het jaar. De basiseffecten die dit jaar nog een stevige impuls geven aan de inflatie lopen er in de komende kwartalen uit. Ook zullen naar verwachting de energieprijzen een minder sterk opdrijvend effect hebben dan we in afgelopen maanden hebben gezien. Niet alleen omdat politici de hoge energieprijzen als risico zien, wat aanleiding kan geven tot het aanspreken van strategische olievoorraden. Maar ook omdat de impact van de gasprijzen in de loop van 2022 zullen dalen als de Nord Stream 2-gaspijplijn mogelijk goedgekeurd wordt. Een andere belangrijke factor betreft de toeleveringsketens en de krappe productie. Naar verwachting zal in de tweede helft van volgend jaar de spanning op de toeleveringsketens afnemen, onder meer door uitbreiding van capaciteit en verschuiving van de vraag van producten naar diensten. Een betere balans kan een sterke invloed hebben op prijsniveaus. Zo zien we bijvoorbeeld dat de Baltic Dry Index vanaf de top van 7 oktober al met 50% is gedaald en ook de prijzen van computergeheugen dalen al maanden op rij.

Hoewel het economisch momentum afzwakt, is er volgend jaar per saldo nog wel sprake van een bovengemiddelde groei van de wereldeconomie. Van stagnatie zal dan ook geen sprake zijn. Wel is de onzekerheid over inflatie groter dan normaal en het risico op een sterkere afzwakking van de groei is aanwezig. Hierdoor valt een ‘stagflatie light’ scenario niet uit te sluiten. We keren echter niet snel terug naar inflatie- en werkloosheidsniveaus van de jaren 70.

Grafiek Big Tech

Goed om te weten. Aan beleggen zijn risico’s verbonden. De waarde van je belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Je kunt (een deel van) je inleg verliezen.