Inflatie daalt, wat te doen met inflatie-obligaties?
De inflatie daalt snel, maar de inflatieverwachtingen van beleggers zijn nog altijd hoog, zo rond de 2,5%. Hierdoor blijven inflatieleningen in trek. Die bieden bescherming tegen een eventuele tweede inflatiegolf. Maar als de inflatieverwachtingen dalen, gaan ook de koersen van dit type obligaties omlaag. Vanwege dit risico hebben we niet zo’n grote positie in inflatie-obligaties meer in onze actief beheerde portefeuilles.

Die inflatie in de eurozone is beneden 3% gedaald. De kerninflatie is nu ook aan het dalen: van 5,5% in de zomer naar 4,2%. Prijzen zijn dus op de weg terug.

Het belang van de inflatieverwachting
Belangrijker dan de feitelijke inflatie is wat er met de inflatieverwachting gebeurt. Die bepaalt onder meer de koers van inflatieleningen, die wij in de portefeuille hebben. De daadwerkelijke inflatie zorgt ervoor dat de hoofdsom van dit type obligaties oploopt, maar een hogere inflatieverwachting zorgt voor een verwachte hogere rente over de hele looptijd en geeft dus een grote impuls aan de koers.
Sinds de start van de coronapandemie is de inflatieverwachting telkens gestegen. Drie jaar geleden was de inflatie negatief en was ook de verwachting voor de inflatie op lange termijn erg laag: rond 1%. Daarna is die steeds verder toegenomen richting 2,5%. Daarmee bleef die gematigd in vergelijking tot de forse inflatiecijfers die we zagen.

Bij de val in de inflatie in de afgelopen twaalf maanden is de inflatieverwachting nauwelijks aangetast. Het gevaar is wel dat dit alsnog gaat gebeuren.
Nog een inflatiegolf?
Een zekerheid is het zeker niet. In de jaren zeventig kwam inflatie in golven. Ook nu nog worden forse loonsverhogingen doorgevoerd, die prijsopdrijvend zullen gaan werken. Een tweede inflatiegolf zou voor beleggers in obligaties nieuwe verliezen betekenen. Het is wel te billijken om daarvoor enige bescherming te hebben in de portefeuille in de vorm van inflatieleningen.
Bovendien geeft dit type obligaties steun bij inflatieschokken, mocht bijvoorbeeld de olieprijs toch omhoog schieten.
Inflatierisico groter in VS
Wij denken dat de inflatierisico’s in de VS het grootst zijn en beleggen daarom vooral in Amerikaanse inflatieleningen. Het rendement daarop is de afgelopen maanden lager geweest dan dat voor Europese inflatie-obligaties, omdat de rente in Europa aanzienlijk minder is gestegen.
Onze positie in inflatieleningen is lang niet zo groot als die geweest is. Daar is ook reden toe, want het gevaar van dalende inflatieverwachtingen is sterk aanwezig. Maar zo lang we rekening houden met scenario’s van hoge inflatie en daartegen beschermd willen zijn, zullen we niet volledig afscheid nemen van deze positie.
Goed om te weten. Aan beleggen zijn risico’s verbonden. De waarde van je belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Je kunt (een deel van) je inleg verliezen.