Wijziging belastingheffing voor Fonds voor Gemene Rekening (FGR) en Vrijgestelde Beleggingsinstelling (VBI) per 2025
Met ingang van 1 januari 2025 zijn er wijzigingen voor de belastingheffing van een fonds voor gemene rekening (FGR). Ook wijzigen de regels voor de vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI). In dit artikel lees je meer over de mogelijke gevolgen voor jouw situatie.
Belastingplicht FGR en gevolgen voor familiefondsen
Een FGR kan open of besloten zijn. Een open FGR is onder voorwaarden zelfstandig belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Een besloten FGR is fiscaal transparant, met andere woorden: er wordt fiscaal doorheen gekeken. Als sprake is van een aanmerkelijk belang in een open FGR, dan is sprake van een gecombineerde heffing van vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting in box 2 over het rendement van bijvoorbeeld beleggingen. Is dat niet het geval, dan is sprake van een besloten FGR en worden de resultaten van het fonds belast bij de houder van de participaties. Voor beleggingen is dat box 3 van de inkomstenbelasting voor een particuliere participant.
Als gevolg van een wetswijziging verandert de definitie van een FGR per 1 januari 2025. Een open FGR moet een beleggingsfonds of fonds voor collectieve belegging in effecten zijn, zoals deze begrippen zijn omschreven in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Of een beleggingsfonds of fonds voor collectieve belegging in effecten voldoet aan de vereisten zoals deze zijn opgenomen in de Wft, wordt door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) beoordeeld. De voorgestelde aanpassing zal naar verwachting met name familiefondsen raken, omdat deze fondsen niet meer aan de voorwaarden (kunnen) voldoen.
Dit kan ertoe leiden dat een FGR die onder het huidige recht zelfstandig belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting (open FGR) niet langer aan deze definitie voldoet. De zelfstandige belastingplicht komt in dat geval te vervallen. Dit betekent dat over de stille reserves de claim in de vennootschapsbelasting zal moeten worden afgerekend en de participanten geacht worden hun belang in box 2 eind 2024 te hebben vervreemd. In box 2 is er dan over de meerwaarde van het belang 33% inkomstenbelasting verschuldigd.
Om acute belastingheffing te voorkomen, is er overgangsrecht geformuleerd. Het overgangsrecht is op 1 januari 2024 in werking getreden, zodat er dit jaar de tijd is om te anticiperen op de aangekondigde wijzigingen.
Aanpassing VBI-regime en gevolgen voor VBI’s van aanmerkelijkbelanghouders
Verder zal het VBI-regime worden versoberd waardoor de regeling alleen nog open staat voor beleggingsinstellingen die een vergunning hebben en onder toezicht staan van de AFM en DNB. Deze aanpassing gaat niet-beoogd gebruik van het VBI-regime, zoals het kabinet het noemt, tegen. Voor de bestaande, niet-beoogde VBI’s van aanmerkelijkbelanghouders, komt het VBI-regime te vervallen.
Door het vervallen van de VBI-status wordt een NV met ingang van 1 januari 2025 regulier belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Als er dividend wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders/participanten moet er 15% dividendbelasting worden ingehouden. Daarnaast vervallen de beleggingsrestricties die gelden binnen het VBI-regime. Zo mag er weer belegd worden in direct onroerend goed en kunnen er geldleningen verstrekt worden. Voor een open FGR met VBI-status geldt dat als gevolg van de fiscale wijzigingen voor de FGR de resultaten van het fonds vanaf 2025 bij de houder van de participaties worden belast.
Inzicht in de gevolgen voor jouw situatie
Als gevolg van de wetswijzigingen vanaf 2025, kunnen er fiscale gevolgen zijn voor jouw situatie. Deze kunnen mogelijk voorkomen worden door dit jaar gebruik te maken van het overgangsrecht. Voor advies verwijzen we je naar je accountant of belastingadviseur.
Meer weten over vermogensplanning?
Wil je ook inzicht in de haalbaarheid en mogelijkheden van jouw persoonlijke doelen en wensen? We gaan graag met je in gesprek.
Publicatiedatum: 3 januari 2024
Benieuwd naar andere vermogensvragen?
Op onze overzichtspagina vind je nog meer vraagstukken rondom vermogen. Zo lees je er hoe je in je testament het familievermogen kunt beschermen, wat de kenmerken zijn van schenken op papier en hoe je een keuze kunt maken tussen sparen en/of beleggen in de bv of in privé.