Update
Onstuimig najaar voor de food keten dreigt
Sterk oplopende kosten en grote onzekerheid aan de afzetkant zorgen voor bijzondere tijden in de foodindustrie. Op de korte termijn zijn inflatie en een mogelijke recessie de belangrijkste strategische thema’s voor veel food-ondernemers. Toch kijken we in deze update ook verder vooruit en staan stil bij toenemende personeelsschaarste, de uitdagingen van robotisering en de noodzaak van aandacht voor cybersecurity.
In het kort:
Consument gaat zich roeren
Zoals een ondernemer ons laatst aangaf: “De cijfers van vorige maand zijn gestold verleden. De ontwikkelingen gaan zo snel dat we voor een heel andere realiteit staan dan een maand terug. De verwachtingen voor de komende weken zijn veel belangrijker.”
Vanuit een breder marktperspectief geldt dat ook. Op 31 augustus rapporteerde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dat de Harmonised Index of Consumer Prices (HICP), oftewel de voedingsprijsinflatie, in augustus was doorgestegen naar 10,8%. Dat had ook een procentpunt meer of minder kunnen zijn.
“De vraag die er op dit moment écht toe doet is hoe de consument zijn gedrag gaat aanpassen.”
In onze vorige update hadden we hier al ideeën over, maar het downtraden – goedkopere producten in goedkopere kanalen kopen - is nu ook in de cijfers terug te zien. Marktonderzoeksbureau IRI gaf aan dat het marktaandeel van hard discount in Nederland met 0,6 procentpunt is gestegen naar 15,3%. In de supermarktwereld is dat een enorm verschil. Er worden meer huismerken verkocht en in sommige categorieën koopt de consument gewoon minder.
Zodra het besef groeit dat de hogere gas- en energierekening pijn gaat doen in de portemonnee en als de hogere voorschotbedragen daadwerkelijk elke maand van de rekening worden afgeschreven, zullen meer consumenten hun uitgavenpatroon nog beter in de gaten houden. Onze RaboResearch economen houden rekening met een daling van misschien wel 10% in het gemiddelde besteedbaar inkomen in Nederland (zie figuur 1). In historisch perspectief is dat een ongekende situatie. De echte verschuiving in de consumentenvraag zal naar verwachting de komende maanden dus nog moeten komen.
Dat zien supermarktorganisaties natuurlijk ook. Niet voor niets geven Dirk en Vomar aan dat ze de prijzen op een – heel beperkt – basisassortiment willen bevriezen of zelfs verlagen. Deze maatschappelijke verantwoordelijkheid is lovenswaardig, maar tegelijkertijd lopen de kosten in de voedingsindustrie juist verder op.
Momenteel is vooral de gasprijs een grote boosdoener. De oplopende energiekosten raken niet alleen de bakkers met gasgestookte ovens. Alle voedingsmiddelen die worden verwarmd, gekoeld, vervoerd en/of verpakt hebben direct of indirect met die gasprijs te maken. Voedingsproducenten gaan voor hun derde, vierde, misschien wel vijfde ronde prijsverhogingen naar hun afnemers.
Houden de supermarkten hun pogingen om de consumentenprijsinflatie onder controle te houden vol, dan wordt het lastig voor producenten om hun gestegen kostenniveaus gedekt te krijgen. Meer fabrikanten worden dan mogelijk gedwongen om hun productie (tijdelijk) te staken, omdat de kosten niet meer opwegen tegen de opbrengsten.
Zetten food retailers de kostenverhogingen wel door aan de consument, dan zal de consument zijn aankoopgedrag nog verder veranderen. Het kostenbewustzijn van de consument zal nog verder op de proef worden gesteld. De ‘nieuwe zuinigheid’ noemde topman Bompard van de Franse supermarktketen Carrefour het al. Ook dat zal onaangename gevolgen voor verschillende productcategorieën en verkoopkanalen hebben en dus uiteindelijk doorwerken naar voedingsproducenten. Het beloven spannende maanden te worden dit najaar. Laten we de gasprijs goed in de gaten houden. Voor zover iedereen dat al niet deed.
Bekijk de meest recente Rabo Inflatiemonitor voor een uitgebreide analyse van de energie- en voedselprijzen.
Personeelsschaarste is het nieuwe normaal
Hogere kosten, lastige onderhandelingen, downtradende consumenten… en toch, als je voedingsproducenten vraagt wat hen momenteel het meeste hoofdpijn oplevert is dat de krapte op de arbeidsmarkt. Personeelsschaarste leidt tot lagere bezettingsgraden, hogere derving, uitgeklede assortimenten en onvrede bij het personeel wat er nog wel is. Helaas is personeelsschaarste het nieuwe normaal. De verwachting is dat de beroepsbevolking, onder andere door vergrijzing, vanaf 2025 niet meer zal toenemen. Voor ondernemers in de foodindustrie is het belangrijk om toe te werken naar een concrete strategie voor personeelswerving en -behoud. Neem in deze strategie twee uitgangspunten mee:
- Van ‘je kiest’ naar ‘je wordt gekozen’
Bedenk dat je als bedrijf moet solliciteren bij je toekomstige werknemers. Dit vraagt om een andere mindset. Kijk niet zo zeer naar ervaring en opleidingen, maar naar de competenties. Naar welke vaardigheden ben je echt op zoek en waar zou je die kunnen vinden? Denk daarbij buiten de gebaande paden en zorg intern voor de juiste training- en opleidingsstructuur en -cultuur. Bij het aantrekken en behouden van medewerkers gaat het al lang niet meer over het bieden van meer salaris, maar ook over doorgroei- en opleidingsmogelijkheden en een gezonde balans tussen werk en privé. Investeer in de uitstraling van je bedrijf als merk, als werkgever, maar vooral in duurzaamheid. Met name jonge generaties zijn gevoelig om voor een bedrijf te werken dat het aantoonbaar beter doet. - Groeien met minder mensen?
Schaarste zorgt ervoor dat niet alles meer kan. Dat geldt ook voor alle bedrijfsactiviteiten die je organiseert. Houd je strategie tegen het licht en bedenk welke producten, diensten, klanten, locaties en andere assets het meeste rendement of toegevoegde waarde leveren, zowel nu als op langere termijn. Kortom, je zult als ondernemer keuzes moeten maken.
In onze recente podcast over personeelstekorten in food & horeca gaan sectormanagers Martijn Rol en Marco van Beek samen met ondernemer Liesette Hensen van foodconcept Van Mien, uitgebreid in op de uitdagingen van personeelstekort en geven ze je praktische tips om hiermee om te gaan.
De uitdagingen voor robotisering in food
Door alle ontwikkelingen in de keten, met toenemende schaarste in personeel en grondstoffen, wordt operational excellence nog belangrijker. Het digitaliseren van je bedrijfsvoering en dan in het bijzonder het automatiseren van processen en robotiseren van je productie, biedt hiervoor kansen. Reden voor Rabobank om, samen met onze kennispartner Startlife, een ‘deep dive’ sessie te organiseren, waarbij het thema ‘robotisering in food’ centraal stond. Tijdens deze interactieve kennissessie gingen we met verschillende ondernemers uit de agrifood keten dieper in op wat hen tegenhoudt om te investeren in robotisering.
De belangrijkste inzichten die we opdeden, waren:
- Gevoeligheid robots
De omstandigheden in food-productielocaties zijn vaak minder geschikt voor robots. Met name de gevoeligheid voor vocht, vet, stof en agressieve schoonmaakmiddelen zit in de weg. Robots zijn daardoor vaak lastig schoon te houden (hygiëne) en functioneren minder bij zeer lage (vriescellen) of zeer hoge temperaturen. - Financiële drempels
De winstmarges in food zijn over het algemeen laag in verhouding tot het kapitaal dat nodig is voor robotisering. Ook zorgen innovaties ervoor dat bestaande productielijnen volledig moeten worden heringericht. Dit vraag om een extra investering. Bij voorkeur willen ondernemers oplossingen die in de bestaande systemen en productielijnen kunnen worden opgenomen. - Cultuur
In het algemeen kent de foodsector een redelijk conservatieve grondslag met betrekking tot technische innovatie. Sense of urgency is niet altijd aanwezig, terwijl de omstandigheden snel veranderen, zie bijvoorbeeld nu de toenemende krapte op de arbeidsmarkt. - Personeel
Werken met robots vraagt om speciaal opgeleid personeel, dat lastig te vinden is. Ook van het management vraagt het een andere manier van aansturing en leidinggeven. - Gebrek aan flexibiliteit
Veel robots zijn ontworpen en ingericht op vrij gestandaardiseerd productiewerk. In de voedingssector, zeker in vers-categorieën, kunnen producten afwijken in vorm, gewicht en maat. Neem bijvoorbeeld vlees. Het ene karkas is het andere niet. De flexibiliteit van de slager om de juiste snit te snijden wint het dan (nog) van een robot.
Niet alle productieprocessen in de voedingsindustrie lenen zich dus voor robotisering, maar dat wil niet zeggen dat er geen robots in het voor- of natraject gebruikt kunnen worden. Denk aan kwaliteitscontrole, verpakkingslijnen, het palletiseren of de logistiek om grondstoffen, halffabricaten en gereed product heen en weer te rijden. Op die terreinen kan de robot veel toegevoegde waarde leveren. Niet alleen vanwege de krapte op de arbeidsmarkt.
“Robotisering kan ook bijdragen aan betere kwaliteitsselectie, meer flexibiliteit en onderscheidend assortiment.”
Voor ondernemers is het belangrijk om hun eigen productieproces te bekijken en zich af te vragen welke van bovengenoemde kansen en uitdagingen rondom robotisering voor hun bedrijf opgaat. Als Rabobank ondersteunen we hier graag in. Samen met onze partner RoboHouse biedt Rabobank een platform. Hier kunnen ondernemers roboticatechnologie verkennen, knelpunten in hun bedrijfsproces leren vertalen naar concepten en oplossingen en de haalbaarheid van robotisering voor hun bedrijf toetsen. Dit doen zij samen met engineers, ontwikkelaars en ondernemers die eigenhandig met robotica aan de slag zijn gegaan. Het programma varieert van het opdoen van inspiratie tijdens demodagen en het uitwisselen van kennis via kennisclusters tot maatwerk coaching.
Digitalisering vraagt om aandacht voor veiligheid
Het robotiseren en in brede zin digitaliseren van ondernemingen zal de komende jaren alleen maar versnellen. Toch heeft dit ook een schaduwkant. Met name de cyberrisico’s nemen toe en het beperken van die risico’s krijgt nog lang niet de aandacht die het verdient. Dit terwijl het risico op een cyberaanval met 1 op 5 vele malen hoger is dan het risico op brand (1 op 8.000) of een inbraak (1 op 250). Het komt geregeld voor dat cybercriminelen computers infecteren met ransomware of het IT-systeem vergrendelen en losgeld eisen om dat ongedaan te maken. Toch komt maar een klein deel van deze verhalen uiteindelijk naar buiten. De meeste aanvallen zijn op MKB ondernemingen en de gevolgen kunnen enorm zijn. Naast de reputatieschade, kan de operationele schade er zelfs toe leiden dat (een deel van) het aangevallen bedrijf failliet gaat. Gemiddeld kost een cyberincident een onderneming zo’n 300.000 euro. Bij veel bedrijven zien we dat het vaak aan tijd, kennis en capaciteit ontbreekt om het bedrijf tegen cybercriminaliteit te beveiligen of wordt er teveel op de IT leverancier geleund om dit te voorkomen. Tegelijkertijd zien we dat veel bedrijven in de (voedingsverwerkende) industrie vaak met specifieke, operationele technieken en systemen werken. Deze specifieke systemen zijn vaak al jaren oud, kostbaar om continu te updaten en daarom juist gevoelig voor hacks.
Naast de vraag of de techniek wel up to date en voldoende beveiligd is, is het ook van belang dat de organisatie rondom cybersecurity op orde is. De juiste cultuur met voldoende kennis over de risico’s bij alle medewerkers is de basis. Cyberweerbaarheid staat of valt uiteindelijk met het gedrag van mensen. Training is daarom erg belangrijk en het onderwerp moet tijdens werkoverleggen keer op keer terugkomen, onder andere omdat er steeds nieuwe risico’s ontstaan. Het vraagt om een structurele, strategische benadering vanuit het management. Daarom is het belangrijk om in beeld te hebben waar en met wie data wordt verzameld en uitgewisseld. Vaak is dit ook met externe partijen, zoals afnemers en leveranciers. Maak met hen goede afspraken over dataveiligheid. En denk ook na over de maatregelen die je neemt als je gehacked bent. Welke deskundigen moeten ingeschakeld worden? Wat zijn de consequenties als de productie gestopt moet worden? Hoe communiceer je naar medewerkers en klanten? Kortom, er komt nogal wat op je af als onderneming om risico’s goed te overzien en te beperken.
Na het nemen van alle basismaatregelen, kan er worden nagedacht over het afsluiten van een cyberverzekering. Hiermee dek je de financiële gevolgen en operationele risico’s van een cyberincident af. De meeste cyberverzekeringen bieden dekking voor onder meer preventieve scans, eerste hulp bij een cyberincident, herstel van data, omzetverlies en de noodzakelijke kosten om de schade te beperken.
Meer weten over het voorkomen van cybercrime in food, luister onze podcast Veiligheid bij digitalisering (cybersecurity).
Inspiratie: de voedselveranderaars van het jaar
Recent werd voor de zesde keer de lijst met de 100 belangrijkste Nederlandse voedselveranderaars van het moment bekend gemaakt. De Food100 geeft een podium aan impactmakers die anders denken, durven en doen binnen de Nederlandse agrifood. De lijst is ontzettend divers en bevat innovatieve boeren, startups in foodtech, wetenschappers, activisten, fooddesigners, retailers, cateraars en medewerkers van brancheorganisaties. De enorme diversiteit bewijst dat het streven naar een beter voedselsysteem de laatste jaren enorm is toegenomen en door de hele keten heen gedragen wordt. Dit is een gunstige ontwikkeling, want een beter voedselsysteem wordt pas een feit als de overtuiging groeit dat gezonder en duurzamer voedsel mogelijk is.
Food100 brengt vernieuwers samen met de gevestigde orde en verbindt de jonge generatie met gevestigde leiders in agrifood. De lijst bestaat uit 50 aanstormende talenten van onder de 35 jaar en 50 gevestigde voedselveranderaars van boven de 35 jaar. Door hen een podium te geven en bij elkaar te brengen, kunnen zij nog meer impact maken en de hele sector inspireren. De onafhankelijke vakjury stelde uit meer dan 250 aanmeldingen de Food100-lijst samen. De kandidaten zijn beoordeeld op vier criteria: daadkracht, innovatie, duurzaamheid en de mate waarin de kandidaat kennis en inzichten deelt.
Rabobank is vanaf het begin als partner betrokken bij de Food100. Meerdere klanten van ons staan op de lijst, maar we zetten er graag een paar in het zonnetje:
Den Eelder is een zelfstandig zuivelmerk met veel aandacht voor dierenwelzijn en het milieu. Ieder jaar worden er stappen gezet om het bedrijf milieuvriendelijker te maken. Het verwerken van zuivel tot een breed assortiment van producten; het vindt allemaal op en rond de boerderij plaats. Lees meer over Den Eelder.
Kitchen Republic is een productiekeuken waar duurzame startups, foodies en cateraars een ruimte kunnen huren om hun producten te maken. Het bedrijf focust zich sterk op het aanmoedigen van innovatieve, duurzame concepten, vormt een netwerk om ondernemers verder te helpen en biedt opleidingen en trainingen aan. Meer weten? Lees het interview met mede-oprichter Bart-Jan.
Boeren voor Buren creëert korte voedselketens tussen boeren en mensen met een kleine portemonnee. Mensen met een minimuminkomen die in het bezit zijn van een zogeheten stadspas, kunnen voordelig pakketten groente en fruit bestellen, rechtstreeks van de boer uit de regio. De boer krijgt hetzelfde betaald als in de export, terwijl de klant maar de helft van wat de supermarkt vraagt hoeft te betalen. Lees meer over Boeren voor Buren.
Ben je benieuwd naar meer informatie over de uitdagingen en ontwikkelingen binnen de food? Neem dan contact op met onze sectormanagers.