Onderzoek
Ervaren brede welvaart Noord-Nederland het hoogst in Noord-Friesland en Noordwest-Groningen
De ervaren brede welvaart in Noord-Nederland is nagenoeg gelijk aan die van Nederland gemiddeld. Er zijn wel verschillen tussen regio’s.
In het kort
Wat is ervaren brede welvaart?
Welvaart gaat niet alleen over wat we met elkaar produceren, consumeren en aan inkomen verdienen, maar ook over bijvoorbeeld milieukwaliteit en gezondheid van mensen. We spreken daarom ook wel over brede welvaart. Breed, omdat welvaart gaat over een rijk palet aan dimensies die mensen van waarde vinden (zie figuur 1).
RaboResearch meet brede welvaart onder meer met de Brede Welvaart Indicator (BWI), zowel nationaal als in de Nederlandse regio’s. Hieruit leren we dat in Noord-Nederland de brede welvaart relatief hoog is in sommige Friese en Drentse regio’s, terwijl die in Delfzijl en omgeving onder het Nederlandse gemiddelde ligt. Veel van de data die in de BWI worden gebruikt, komen van het Centraal Bureau voor de Statistiek en kennen een vertraging; ze meten dus vooral de brede welvaart van één tot twee jaar geleden.
Om een actueel beeld te schetsen van de brede welvaart houdt RaboResearch ieder jaar in mei en juni een enquête onder ongeveer 10.000 Nederlanders. In deze enquête vragen we de respondenten om hun welvaart op de elf dimensies van brede welvaart te waarderen (zie tabel 1). Aangezien deze cijfers via een enquête zijn uitgevraagd, spreken we over de ervaren brede welvaart. De scores op de onderliggende dimensies construeren we door respondenten op ieder van de elf dimensies van brede welvaart op een schaal van 1 tot en met 7 te laten aangeven in hoeverre ze over voldoende welvaart beschikken. Door de antwoorden op deze vragen te normaliseren (naar een cijfer van 0 tot en met 1) en op te tellen tot één integrale score krijgen we zicht op de algehele ervaren brede welvaart van mensen.
Als we de enquêteresultaten uit de jaren 2019 tot en met 2023 samenvoegen en alleen unieke individuen meenemen, komen we tot circa 2.300 respondenten uit Noord-Nederland. In deze publicatie gaan we in op deze groep, een representatieve afspiegeling van de inwoners van Noord-Nederland.
Ervaren brede welvaart het hoogst in Noord-Friesland en Noordwest-Groningen
Het niveau van ervaren brede welvaart in Noord-Nederland ligt gemiddeld iets lager[1] dan Nederland, maar het verschil is klein: 0,67 tegenover 0,68 (zie figuur 2). Als we nader kijken zien we duidelijke verschillen tussen deelregio’s in Noord-Nederland[2]. Sommige deelregio’s scoren hoger dan het landelijk gemiddelde. Dit zijn: Noord-Friesland (excl. Leeuwarden), Noordwest-Groningen (gemeenten Westerkwartier en Het Hogeland), Zuidwest-Friesland, Noord-Drenthe en Zuidwest-Drenthe. Andere regio’s scoren juist lager dan het landelijke gemiddelde: gemeente Assen, Oost-Groningen, gemeente Groningen, Zuidoost-Drenthe, Leeuwarden en Zuidoost-Friesland. De ervaren brede welvaart blijft het meest achter in Delfzijl en omgeving (Eemsdelta) en Midden-Groningen[3]. Figuur 3 toont het niveau van ervaren brede welvaart op de kaart. Let wel: niet alle verschillen tussen regio’s zijn statistisch significant (zie box 1).
[1] Dit is statistisch significant met een p-waarde van < 0,10.
[2] Als regio-indeling hanteren we COROP-regio’s, waarbij we specifiek ook aandacht besteden aan de drie hoofdsteden (gemeenten) van de noordelijke provincies.
[3] De onzekerheid bij deze twee gebieden is wel het grootst (zie box 1).
Box 1: Foutmarge
De balken in figuur 2 geven de gemiddelde scores weer van de ervaren brede welvaart in die gebieden. De lijnen bovenaan iedere balk geven met een betrouwbaarheid van 90 procent weer wat de bandbreedte is waarbinnen de ervaren brede welvaart in een gebied ligt. Dit zijn de foutmarges. Over het algemeen hangt het aantal respondenten per gebied samen met de omvang van de foutmarge: hoe meer mensen hebben deelgenomen aan de enquête, hoe kleiner de foutmarge. Wanneer de foutmarges van twee gebieden overlappen, concluderen we dat de gemiddelde brede welvaart in die gebieden niet statistisch significant verschilt. Overlappen de foutmarges niet, dan verschilt de ervaren brede welvaart tussen gebieden wel statistisch significant.
Hoge scores op de dimensie milieu, economische dimensies verdienen aandacht
Figuur 4 toont op welke dimensies van brede welvaart de deelregio’s binnen Noord-Nederland het relatief beter of slechter doen dan het Nederlandse gemiddelde. Zo scoort Noord-Nederland in vergelijking met Nederland hoger op de dimensie milieu. Dit zien we terug in bijna alle deelregio’s in Noord-Nederland. Vooral op de economische dimensies inkomen, baanzekerheid en persoonlijke ontwikkeling blijft Noord-Nederland relatief achter[4].
[4] In een eerdere studie keken we naar de economische ontwikkeling ('smalle’ welvaart) van Nederlandse regio’s in een historisch perspectief.
Elke regio heeft haar eigen uitdagingen
Noord-Friesland, Noordwest-Groningen en Zuidwest-Friesland onderscheiden zich (naast milieukwaliteit) in positieve zin op de dimensies gezondheid, veiligheid, huisvesting en subjectief welzijn. Toch verschillen ook deze drie regio’s van elkaar. Noord-Friesland onderscheidt zich in positieve zin op de dimensie maatschappelijke betrokkenheid, Noordwest-Groningen op de dimensie inkomen en Zuidwest-Friesland op de dimensie werk-privébalans. De regio’s scoren overigens niet op alle dimensies beter. Op de dimensies baanzekerheid en persoonlijke ontwikkeling scoren ze lager dan het Nederlandse gemiddelde.
Kijken we naar de regio’s met een lagere ervaren brede welvaart dan gemiddeld in Nederland, dan voeren de economische dimensies inkomen, baanzekerheid en persoonlijke ontwikkeling consequent de boventoon. De negatieve bijdrage van de economische dimensies aan de totale ervaren brede welvaart is groter bij de ene deelregio (Oost-Groningen) dan bij de ander (Zuidoost-Friesland). Oost-Groningen onderscheidt zich nog in positieve zin door relatief hogere scores dan landelijk op de dimensies milieu, subjectief welzijn, maatschappelijke betrokkenheid en huisvesting. Hetzelfde geldt voor Zuidoost-Drenthe, uitgezonderd de dimensie maatschappelijke betrokkenheid. Zuidoost-Friesland scoort alleen nog relatief hoger op de dimensie milieu. Delfzijl en omgeving en Midden-Groningen scoren op bijna alle dimensies van brede welvaart lager dan Nederland.
Als we kijken naar stedelijke regio’s in Noord-Nederland (Groningen, Leeuwarden en Assen), dan is de ervaren brede welvaart in al deze regio’s lager dan landelijk, maar het verschilt per regio door welke dimensies dit komt. De gemeente Assen scoort lager op de dimensies gezondheid en inkomen, terwijl ze juist hoger scoort op de dimensies maatschappelijke betrokkenheid, huisvesting en milieu. Gemeente Groningen en gemeente Leeuwarden scoren op bijna alle dimensies lager dan landelijk, behalve Groningen op persoonlijke ontwikkeling en enigszins veiligheid en Leeuwarden op maatschappelijke betrokkenheid. Groningen en Leeuwarden hebben last van agglomeratienadelen die ontstaan door de hoge dichtheid van mensen en bedrijven.
Brede welvaart is ongelijk verdeeld tussen bevolkingsgroepen
Los van de verschillen in ervaren brede welvaart tussen regio’s zien we ook binnen regio’s grote verschillen in ervaren brede welvaart. Figuur 5 laat de verdeling van ervaren brede welvaart in Noord-Nederland zien, afgezet tegen diezelfde verdeling voor Nederland. Ongeveer 16 procent van de mensen in Noord-Nederland scoort onvoldoende (lager dan een 0,5 op een schaal van 0 tot en met 1). Vertaald naar absolute aantallen zijn dit bijna driehonderdduizend mensen. In Noord-Nederland is deze groep procentueel groter dan in heel Nederland (14 procent) en de ongelijkheid in ervaren brede welvaart in Noord-Nederland is ook iets groter.
Meer nog dan langs regionale grenzen manifesteert ongelijkheid in ervaren brede welvaart zich langs verschillende sociaaleconomische kenmerken. Mensen met een laag inkomen, een sociale huurwoning, geen opleiding aan een hogeschool of universiteit en werklozen ervaren doorgaans minder brede welvaart dan mensen met respectievelijk een hoog inkomen, een koopwoning, een opleiding aan een hogeschool of universiteit en mensen met een baan. Deze patronen zien we niet alleen in Nederland, maar ook in Noord-Nederland (zie figuur 6).
Toch valt een aantal zaken op. Zo hebben werklozen in Noord-Nederland een lagere brede welvaart dan werklozen elders in het land, terwijl dit niet geldt voor mensen in dienstverband of ondernemers; in Noord-Nederland ervaren zij een vergelijkbare of zelfs een iets hogere brede welvaart. In Noord-Nederland is het verschil tussen beide groepen dus groter: waar in Nederland het verschil tussen werklozen en mensen in dienstverband 0,16 is, is dit voor Noord-Nederland 0,20 (op een schaal van 0 tot en met 1).
Dat werklozen in Noord-Nederland een lagere brede welvaart ervaren dan werklozen elders komt vooral door relatief lagere scores op de dimensies veiligheid, inkomen en persoonlijke ontwikkeling. Alleen voor huisvesting geldt het omgekeerde: werklozen in Noord-Nederland scoren hoger op de dimensie huisvesting (woontevredenheid: het wonen in een geschikte woning) dan werklozen elders.
Mensen in Noord-Nederland met een modaal of bovenmodaal inkomen hebben juist een hogere ervaren brede welvaart dan mensen met een modaal of bovenmodaal inkomen elders in het land (al is dit verschil niet statistisch significant). Mensen in Noord-Nederland met minimaal een modaal inkomen scoren vooral beter dan mensen elders in het land op de dimensies milieu en huisvesting. Voor de dimensie persoonlijke ontwikkeling geldt het omgekeerde: in Noord-Nederland scoort de groep juist relatief lager op persoonlijke ontwikkeling vergeleken met deze groep elders in Nederland.
Figuur 6 laat zien dat Noord-Nederland op twee van de drie inkomenscategorieën (modaal en boven modaal) hoger scoort dan Nederland. Maar als we de brede welvaart van alle inwoners bekijken, blijkt Noord-Nederland toch lager te scoren dan het landelijk gemiddelde. Dit komt door de compositie in Noord-Nederland: daar wonen procentueel meer mensen met een modaal of beneden modaal inkomen[5] in vergelijking met Nederland en deze groepen hebben over het algemeen een lagere ervaren brede welvaart (zie figuur 6).
[5] Zowel in onze steekproef als in de populatie.
Blue zones van brede welvaart in Noord-Nederland
Een blue zone[6] van brede welvaart is een gebied waar de brede welvaart hoger is dan in andere gebieden, zelfs als we rekening houden met de specifieke kenmerken van de mensen in dat gebied. In plaats van de samenstelling van de bevolking, bijvoorbeeld kijkende naar opleidingsniveau of inkomen, spelen andere factoren een rol, zoals regionale karakteristieken.
Als we nader kijken naar de ervaren brede welvaart van regio’s in Noord-Nederland (zoals te zien is in Figuren 2 en 3), dan houden we bij deze cijfers geen rekening met de kenmerken van mensen. Wanneer we wél rekening houden met een aantal kenmerken die brede welvaart verklaren, zoals geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, werkstatus en huishoudinkomen, dan blijven de verschillen in Noord-Nederland bestaan.
De regio's in Noord-Nederland die al relatief hoog scoorden, zoals Noord-Friesland (exclusief Leeuwarden), Noordwest-Groningen, Zuidwest-Friesland en Noord-Drenthe, presteren dan zelfs nog beter in vergelijking met het gemiddelde in Nederland. Deze regio’s noemen wij daarom blue zones van brede welvaart.
Wat verklaart de hogere brede welvaart in deze gebieden dan wel? In Noord-Nederland wordt bijvoorbeeld gemeenschapszin genoemd als een factor die bijdraagt aan brede welvaart. In Friesland heet dit mienskip en in Groningen en Drenthe noaberschap. Maar er is aanvullend onderzoek nodig om de mechanismen in regio’s die bepalend zijn voor de brede welvaart van mensen beter te begrijpen.
[6] Een blue zone is een specifiek geografisch gebied dat opvalt door de uitzonderlijk hoge levensverwachting van de inwoners. Deze gebieden hebben vaak unieke kenmerken die bijdragen aan de opmerkelijk hoge levensverwachting van de inwoners.
Conclusies
De ervaren brede welvaart in Noord-Nederland ligt gemiddeld net iets lager dan in Nederland als geheel, maar het verschil is klein. Binnen Noord-Nederland zijn er wel duidelijke verschillen. Een aantal gebieden springt er in positieve zin uit: Noord-Friesland (exclusief Leeuwarden), Noordwest-Groningen (gemeenten Westerkwartier en Het Hogeland), Zuidwest-Friesland en Noord-Drenthe. In deze gebieden is de ervaren brede welvaart het hoogst.
Als we kijken naar de onderliggende dimensies doet Noord-Nederland het vooral goed op de dimensie milieu (wonen in een schoon milieu), maar ook op andere dimensies zoals veiligheid, maatschappelijke betrokkenheid en huisvesting scoort Noord-Nederland over het algemeen goed. Zeker in een aantal deelgebieden. Vooral op de economische dimensies kan Noord-Nederland verbeteren: persoonlijke ontwikkeling, inkomen en baanzekerheid.[7]
De brede welvaart is niet gelijk verdeeld in Noord-Nederland. Bijna driehonderdduizend Noorderlingen geven hun eigen brede welvaart een onvoldoende. De verschillen zien we vooral terug tussen groepen. Noorderlingen met een laag inkomen, een sociale huurwoning, geen opleiding aan een hogeschool of universiteit en werklozen ervaren doorgaans minder brede welvaart dan mensen met respectievelijk een hoog inkomen, een koopwoning, een opleiding aan een hogeschool of universiteit en mensen met een baan.
In deze studie laten we vooral zien hoe de ervaren brede welvaart er in Noord-Nederland uitziet, een foto van het hier en nu. Hieruit volgt een aantal opgaven om de brede welvaart te verbeteren; in deelregio’s, op dimensies of voor groepen mensen. Deze inzichten zijn de basis voor beleid op brede welvaart. Ontwikkelingen in Noord-Nederland en het daaraan verbonden beleid zouden brede welvaart veel meer als kompas kunnen gebruiken.[8] Dit betekent dat beleid ook integrale afwegingen moet maken. De dimensies van brede welvaart hebben invloed op elkaar. Zo kan een economische impuls de banen en het inkomen van de inwoners verbeteren, maar ten koste gaan van de milieukwaliteit (juist een positief onderscheidend punt in Noord-Nederland). Deze afwegingen zijn bovendien verschillend per gebied in Noord-Nederland en daarom gebiedsspecifiek. En ze zijn specifiek voor groepen mensen in Noord-Nederland. Welvaartsbeleid zou dan ook nadrukkelijk de aansluiting moeten zoeken met de mensen waar het om gaat; beleid dat maatwerk biedt voor groepen die doorgaans beschikken over een lagere brede welvaart.
[7] Zie 'Nieuwe energie en sterkere chemie in Metropoolregio Groningen' voor suggesties om de economische structuur te versterken.
[8] Zie ook het advies van SER Noord-Nederland: Brede welvaart dwingt tot keuzes in het noordelijk sociaaleconomisch beleid.