Opinie
Tijd voor een nieuw inkomstenbelastingstelsel
Het inkomstenbelasting- en toeslagenstelsel is compleet vastgelopen, met als grootste dieptepunt de kinderopvangtoeslagaffaire waarover kabinet Rutte-III vlak voor de eindstreep struikelde. Het is echter niet alleen de uitvoering die rammelt, maar ook de inrichting van het stelsel zelf.
Afgezet tegen een optimaal stelsel scoort het huidige stelsel slecht tot zeer slecht. In een optimaal stelsel is bijvoorbeeld het marginale belastingtarief (de belasting die je betaalt over elke extra euro inkomen) voor mensen rond het modale inkomen het laagst, is de grondslag zo groot mogelijk en komen tarieven nooit in de buurt van 100 procent. Ook wordt in een optimaal stelsel gelijke arbeid gelijk belast. Dat geldt voor alleen- en tweeverdieners, zelfstandigen en werknemers en oud en jong.
Belastingdruk verkeerd verdeeld
Het huidige stelsel voldoet hier niet aan. Er bestaat een wirwar aan heffingskortingen en aftrekposten, met hoge belastingtarieven en ongelijke behandeling tussen groepen tot gevolg. Alleenverdieners betalen meer belasting dan tweeverdieners, werknemers meer dan zelfstandigen en jongeren meer dan ouderen.
Ook is de belastingdruk in het huidige stelsel verkeerd verdeeld: over elke extra verdiende euro betalen middengroepen juist erg veel belasting in plaats van weinig. Om mensen met een laag inkomen voldoende te besteden te geven is er daarnaast een extreem complex toeslagenstelsel opgetuigd.
“Voor de gemiddelde werkende onduidelijk hoeveel er overblijft van een paar uur extra werk”
Omdat vrijwel alle kortingen en toeslagen lager worden naarmate het inkomen toeneemt, is het voor de gemiddelde werkende totaal onduidelijk hoeveel euro er uiteindelijk overblijft van een paar extra uren werken. Het gehele stelsel is daardoor nauwelijks te doorgronden. Onderstaande figuur laat die complexiteit duidelijk zien. De marginale druk verandert continu als het inkomen toeneemt en bij een bepaald inkomensniveau zijn de verschillen enorm tussen individuen. Daarnaast leidde de complexiteit onder andere tot de kinderopvangtoeslagaffaire en zorgt deze complexiteit ervoor dat toeslagen en aftrekposten soms ongebruikt blijven, terwijl iemand daar wel recht op heeft.
Politieke wil is beperkt
Tijd dus voor een nieuw stelsel. Hier zijn al vele rapporten over geschreven waarvan dat van de Commissie Van Dijkhuizen vermoedelijk het bekendste is en dat van de Commissie Draagkracht het meest recente. Maar hoe denken politieke partijen daarover? Een analyse van de plannen van tien partijen laat zien dat er goede wil is om te verbeteren. Het blijft echter meestal bij een verbouwing, terwijl volledig opnieuw beginnen verstandiger is.
Meestal gaat her en der een tarief omhoog of een korting omlaag, maar fundamentele wijzigingen in de goede richting zien we alleen bij de ChristenUnie, GroenLinks, de SGP en in iets mindere mate D66. Zo vervangen de ChristenUnie en D66 het volledige toeslagenstelsel door verzilverbare heffingskortingen en bouwen ze alle vier in meer of mindere mate voordelen voor zelfstandigen af. De VVD verbetert het stelsel nauwelijks en de andere partijen zitten hier tussenin.
Gezien de verkiezingsuitslag ligt een grote stap voorwaarts niet voor de hand. Dit is echter wel nodig, dus hierbij de oproep aan de partijen aan de onderhandelingstafel: beperk je niet tot kleine wijzigingen in de marge, maar herzie het volledige stelsel waardoor het belastingstelsel weer was hoe we het ooit hebben gekend: niet leuk, maar wel makkelijk.