Bedrijfsmiddelen fiscaal afschrijven: zo werkt het
Veel zakelijke kosten kun je fiscaal afschrijven. Denk aan de kosten voor een bedrijfspand, machine of laptop. Daarmee verlaag je het bedrag dat je aan belasting moet betalen. Lees hier hoe jij jouw zakelijke kosten fiscaal kunt afschrijven over 2024 en wat de regels zijn voor 2025.
Als ondernemer maak je kosten. Je koopt een nieuwe printer, betaalt de maandelijkse internetkosten of rijdt bijvoorbeeld een auto van de zaak. Dit soort kosten zijn fiscaal aftrekbaar.
1. Wat is fiscaal afschrijven?
Fiscaal afschrijven wil zeggen dat je de gemaakte kosten om bedrijfsmiddelen te kopen, aftrekt van de belasting. Dit doe je door de opbrengsten te verminderen met deze kosten. Het getal dat overblijft is de winst. Je kunt bepaalde materiële en immateriële bedrijfsmiddelen afschrijven.
2. Materiële en immateriële bedrijfsmiddelen
Bedrijfsmiddelen zijn álle middelen die je nodig hebt om je product of dienst te kunnen produceren en leveren. Er zijn twee soorten bedrijfsmiddelen:
Vaste en vlottende activa
Deze bedrijfsmiddelen gaan in principe een aantal jaar mee. Daarom worden ze 'vaste activa' genoemd. Er bestaan ook 'vlottende activa'. Dat zijn bedrijfsmiddelen met een korte levensduur, zoals winkelvoorraden.
Leasen
Bedrijfsmiddelen kunnen erg duur zijn. Denk aan een machine of bedrijfswagen. Die hoef je niet per se te kopen, die kun je ook leasen. Je bent dan meteen eigenaar en betaalt een vast bedrag per maand. Bereken hier je maandbedrag.
3. Investeringen afschrijven
De Belastingdienst ziet vaste activa als investeringen. Daarom mag je niet alle zakelijke kosten in één boekjaar afschrijven. Dit spreid je over meerdere jaren uit. Zo verdeel je als het ware de kosten van het bedrijfsmiddel over de jaren waarin je hiervan gebruikmaakt. De afschrijvingen laten zo de waardedaling van de bedrijfsmiddelen over een bepaalde periode zien. In de rekenvoorbeelden die je zometeen tegenkomt, wordt dit duidelijk.
Let op: Voor startende ondernemers die gebruik maken van de startersaftrek gelden uitzonderingen. Daar vertellen we later in dit artikel meer over.
Hoelang mag je afschrijven?
Voor de meeste investeringen geldt een maximale afschrijving van 20% per jaar. Je schrijft de kosten dus in minimaal 5 jaar af van de belastingen. Er zijn 2 uitzonderingen:
Is het investeringsbedrag lager dan € 450? Dan mag je de kosten wel in één keer afschrijven van de belasting.
Administratie opzetten?
Speciaal voor starters: de basis in 5 minuten. Een overzicht van wat je nodig hebt om aan de slag te gaan met je boekhouding, inclusief tips.
4. Hoe bereken je de afschrijving?
Om de jaarlijkse afschrijving correct te berekenen, moet je naar 3 getallen kijken: de aanschafkosten, vermoedelijke gebruiksduur en de restwaarde.
Aanschafkosten
Aanschafkosten zijn niet alleen de aanschafprijs, maar ook de kosten die gepaard gaan met je aankoop. Denk hierbij aan notariskosten bij de aankoop van een bedrijfspand. Bij de aankoop of huur van een bedrijfspand gaat het om installatiekosten en de kosten van de inrichting.
Vermoedelijke gebruiksduur
De vermoedelijke gebruiksduur bereken je in volledige jaren. We onderscheiden 2 soorten levensduur:
Technische levensduur
De Belastingdienst hanteert meestal de technische levensduur van het bedrijfsmiddel. Dit gaat om de periode totdat het product volledig versleten is.Economische levensduur
De economische levensduur is verstreken wanneer een bedrijfsmiddel geen economisch nut meer heeft voor de onderneming. Dit is ook het geval als het bedrijfsmiddel technisch gezien nog in goede staat verkeert.
Als de economische levensduur korter blijkt dan de technische levensduur, dan mag je de economische levensduur van bedrijfsmiddelen als uitgangspunt gebruiken.
Let op: je mag van de Belastingdienst per jaar maximaal 20% afschrijven op de aanschafkosten. De minimale levensduur is dus 5 jaar.
Restwaarde
En dan is er zoals gezegd nog de restwaarde. Dit gaat over de waarde van het bedrijfsmiddel op het moment dat je het niet meer kunt inzetten voor jouw onderneming. Meestal maak je hiervoor een schatting. Twijfel je? Neem dan contact op met de leverancier.
5. Rekenvoorbeelden afschrijving
De lineaire methode is de meestgebruikte methode om de zakelijke afschrijving te berekenen:
Afschrijving per jaar = (aanschafkosten - restwaarde) / vermoedelijke gebruiksduur.
Voorbeeld 1: zakelijke laptop
Laten we de aanschaf van een zakelijke laptop als voorbeeld nemen. Hierbij ga je als volgt te werk:
Dit bedrag wordt van je belastbare winst afgetrokken, je betaalt daardoor uiteindelijk dus minder aan de belasting.
Voorbeeld 2: zakelijke telefoon
Je schaft een zakelijke telefoon van € 350 (excl. btw) aan. Deze aankoop valt onder de grens van € 450. Daarom mag je dit bedrag in één keer aftrekken van de belasting.
Let op: als je btw-aangifte doet, trek je de btw over deze telefoon apart af. De zakelijke kosten van de aanschaf die je mag afschrijven van de belasting zijn dus exclusief btw!
6. Willekeurig afschrijven
Ben je een startende ondernemer met een eenmanszaak, vof, maatschap of cv? Dan geldt voor jou een uitzondering van de Belastingdienst. Zolang je recht hebt op startersaftrek mag je gebruikmaken van de 'willekeurige afschrijving'.
Dit betekent dat je zelf bepaalt wanneer je de totale afschrijvingskosten aftrekt. Verdien je veel in jouw eerste jaar en wil je niet te veel belasting betalen? Dan kun je er bijvoorbeeld voor kiezen om die laptop uit rekenvoorbeeld 1 in het eerste jaar al volledig af te schrijven.
Nadeel willekeurig afschrijven
Willekeurig afschrijven heeft ook een nadeel. In de 4 jaar na de afschrijving van de kosten voor de laptop kun je niks meer van deze kosten afschrijven. Daardoor heb je minder kosten en moet je dus iets meer belasting betalen.
Stel dat je nog maar weinig geld verdient in het eerste jaar. Dan kan het verstandig zijn om de afschrijving nog even uit te stellen, want je betaalt over dat jaar toch al bijna geen belasting.
De VAMIL-regeling
Via de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) kan je een investering in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen op ieder gewenst moment afschrijven. Zo valt je winst uiteindelijk lager uit en betaal je over dat jaar dus minder belasting. De bovengrens van deze willekeurige afschrijving is vastgesteld op 75%.
Daarnaast is er de Milieu-investeringsaftrek (MIA). De MIA en VAMIL zijn 2 verschillende regelingen, maar worden vaak gecombineerd.
Voorwaarden voor de MIA/VAMIL:
7. Afschrijving kosten bedrijfspand
Ook de kosten voor een bedrijfspand kun je afschrijven. Hiervoor geldt: hoe groter het deel van het pand dat je zakelijk gebruikt, hoe groter je fiscale voordeel.
Voorwaarden
Er geldt een aantal aanvullende voorwaarden:
Rekenvoorbeeld: afschrijving bedrijfspand
Er zijn 2 belangrijke voorwaarden voor het afschrijven van een bedrijfspand:
- De boekwaarde van het pand is hoger dan de bodemwaarde.
- De jaarlijkse afschrijving is kleiner dan het verschil tussen de boekwaarde en bodemwaarde.
Stel: Je hebt een bedrijfspand aangeschaft met een geschatte gebruiksduur van 50 jaar. De aanschafwaarde van het pand was € 150.000, de restwaarde wordt geschat op € 50.000. De boekwaarde aan het begin van het boekjaar is € 100.000. De WOZ-waarde is € 198.000.
Eerste voorwaarde
De bodemwaarde is altijd 50% van de WOZ-waarde en bedraagt dus € 99.000. Aan de eerste voorwaarde is voldaan, want de boekwaarde is hoger dan de bodemwaarde. De normale jaarlijkse afschrijving is 2% van de aanschafwaarde min de restwaarde van het pand: (€ 150.000 - € 50.000) x 2% = € 2.000.
Tweede voorwaarde
Nu komt de tweede voorwaarde in het spel: het verschil tussen de boekwaarde en de bodemwaarde. Als je daadwerkelijk € 2.000 zou afschrijven, dan daalt de boekwaarde van € 100.000 naar € 98.000. Die zakt dan onder de bodemwaarde van € 99.000. Dit betekent dat je in dit jaar maar € 1.000 mag afschrijven.
8. Afschrijving kosten auto
Veel starters denken erover om een auto op naam van de zaak te kopen. Bij een nieuwe auto mag je de aanschaf en de afschrijving van je auto - net als alle andere autokosten - aftrekken van de belasting. Bij een bestaande auto mag je de afschrijving en de autokosten aftrekken, maar de aanschafkosten niet.
Hou er rekening mee dat als je meer dan 500 kilometer privé rijdt, je over elke kilometer bijtelling moet betalen.