Bedrijf starten als student: tips voor ondernemen naast je studie

Je beschrijft je product of dienst en aan welke doelgroep je deze gaat verkopen. Ook vertel je hoe je aan deze doelgroep laat weten dat jouw product of dienst bestaat, in het marketingplan.

Het plan beschrijft ook wie jij bent en wat jouw bedrijf succesvol gaat maken. Dat doe je met een SWOT-analyse. Daarin noteer je Sterktes en Zwaktes van je nieuwe bedrijf. Ook ga je in op de kansen en uitdagingen of belemmeringen in de markt waarin je gaat werken. Is er bijvoorbeeld veel concurrentie? Misschien kun je dat met een sterkte oplossen en dat vervolgens als jouw Unique Selling Point (USP) te gebruiken.

Je kunt in je ondernemingsplan, bijvoorbeeld in je SWOT-analyse, een combinatie met je studie maken. Wat heb je in je studie geleerd dat je in je bedrijf gaat toepassen? Beschrijf ook hoe je je tijd gaat verdelen tussen je bedrijf en je studie. Je doel is immers nog steeds om af te studeren en timemanagement kan een uitdaging zijn.

Een eigen bedrijf starten als student doe je misschien omdat je een goed idee hebt, maar je wil er waarschijnlijk ook geld mee verdienen! Het financieel plan is dan ook het belangrijkste onderdeel van je ondernemingsplan. Het plan bestaat uit vier begrotingen:

1. Investeringsbegroting: wat heb je nodig om je bedrijf op te starten?
2. Financieringsbegroting: hoe ga je dat betalen?
3. Exploitatiebegroting: ga je het eerste jaar winst of verlies maken?
4. Liquiditeitsbegroting: hoeveel geld heb je elke maand in de kas of op de bank?

Het maken van deze begrotingen is misschien niet het leukste klusje, maar geeft je wel veel inzicht. Zo weet je namelijk precies of je genoeg geld verdient en of je bijvoorbeeld bepaalde investeringen kunt doen. Let op: als je veel winst maakt en dus flink bijverdient, kan dit gevolgen hebben voor je studiefinanciering.

Als ondernemer moet je je inschrijven bij het Handelsregister van de Kamer van Koophandel, dat is wettelijk verplicht. Dat kost eenmalig € 75. Voor je inschrijving moet je goed bedenken welk product of dienst je gaat verkopen, dat wordt namelijk ook vastgelegd. Ook leg je je bedrijfsnaam vast.

Voor je inschrijving moet je ook een rechtsvorm kiezen. Wil je een eenmanszaak? Of een bv? Dat heeft gevolgen voor het soort belasting dat je betaalt en bepaalt of jij persoonlijk aansprakelijk bent als er iets fout gaat.

Als je wil ondernemen, moet je ook administratie doen. Dat kun je uitbesteden, maar het is wel handig om wat basisregels zelf te kennen.

Als ondernemer reken je btw bovenop je verkoopprijs of factuurbedrag. Dat betaalt de klant aan jou en betaal jij vervolgens elk kwartaal aan de Belastingdienst. Niet het leukste klusje maar wel heel belangrijk.

Als je ondernemer voor de Belastingdienst bent, moet je je winst uit je bedrijf aangeven bij de jaarlijkse inkomstenbelasting. Gelukkig kun je als (startende) ondernemer gebruik maken van een aantal aftrekposten, waardoor de winst waarover je belasting moet betalen lager wordt. Om te kijken of je hiervoor in aanmerking komt, heeft de belastingdienst een handige OndernemersCheck.

Voor bepaalde aftrekposten moet je minstens 1225 uur per jaar werken aan je onderneming. Dat heet het urencriterium. Daarom moet je een goede urenregistratie bijhouden.