Inhoudsopgave
Dit artikel is onderdeel van:
Economisch Kwartaalbericht maart 2022Update
Sectorprognoses: Russische invasie in Oekraïne brengt veel onzekerheid
De oorlog in Oekraïne schokt de economische wereldorde en staat daarom centraal in deze sectorprognoses. Hoewel het natuurlijk in het niet valt bij het menselijk leed in Oekraïne zelf raakt de oorlog ook de Nederlandse economie. Daarom kijken we in deze publicatie naar de economische impact op de verschillende sectoren. Andere factoren die een rol spelen in de ontwikkeling van de sectoren zijn onder meer het opheffen van – bijna - alle coronamaatregelen, de hoge inflatie en het personeelstekort.
De ontwikkelingen volgen elkaar snel op, wat leidt tot extra onzekerheid in onze ramingen voor Nederland. Daarom willen we in deze sectorprognoses vooral de nadruk leggen op de mechanismes achter de impact per sector.
Onze verwachtingen voor het bbp, de consumptie en de inflatie zijn hier te vinden.
Aannames rondom de oorlog in Oekraïne
In een eerdere studie hebben we voor verschillende scenario’s de macro-economische gevolgen van de oorlog in Oekraïne in kaart gebracht. De impact van de oorlog in Oekraïne verloopt voor de sectoren grotendeels via twee mechanismes die voornamelijk met de internationale handel te maken hebben: de import en de export. Door de stijging van grondstoffen- en energieprijzen kunnen de kosten voor bedrijven hoog oplopen. Aan de andere kant kunnen de extra verstoringen in de internationale handel de export voor bepaalde bedrijven bemoeilijken. Wel denken we dat dit effect een stuk kleiner is dan het effect van bijvoorbeeld de hoge gasprijzen.
Overige aannames
We gaan er verder voor deze prognoses van uit dat de coronapandemie grotendeels voorbij is en dat de verplichte sluitingen tot het verleden behoren. Ook de overheidssteun stopt, maar we verwachten niet dat hierdoor het aantal faillissementen en de werkloosheid erg toenemen. Dit laatste heeft onder meer te maken met de personeelstekorten in veel sectoren. Het wegebben van het ‘corona-effect’ op de arbeidsmarkt biedt iets meer lucht, maar zal zeker niet alle personeelstekorten wegnemen.
Sectorprognoses
In figuur 1 staan de prognoses in toegevoegde waarde voor de hoofdsectoren. We verwachten dat de impact van de oorlog in Oekraïne op hoofdsectorniveau vrij gematigd uitvalt. De vele onderliggende ontwikkelingen beschrijven we hieronder per deelsector. Hierbij ligt de focus op de omzet van de sectoren en niet op de toegevoegde waarde.
Ontwikkelingen op deelsectorniveau
“Oekraïne geldt als de graanschuur van Europa”
Land- & tuinbouw: inputs worden duurder
Algemeen
De oorlog in Oekraïne raakt de landbouwsector via twee mechanismes: via de import door hogere grondstoffenprijzen en via de export door verstoringen in de handel, al is de impact hiervan beperkt. Een aantal deelsectoren binnen de landbouw is erg energie-intensief, zoals de glastuinbouw. Zij zien zich geconfronteerd met hogere energieprijzen. Maar niet alleen de energieprijzen stijgen na de Russische inval in Oekraïne, ook graan, maïs en kunstmest worden duurder. De impact per deelsector geven we hieronder aan.
Varkens
Geopolitieke ontwikkelingen zorgen voor veel onzekerheid. Noteringen van varkensvlees zijn in korte tijd verhoogd. Maar door oplopende kosten voor voer en energie staan de marges nog altijd onder druk. De omstandigheden voor deze sector zijn hierdoor uitdagend.
Legpluimvee
Het aanbod van eieren is ruim ondanks het wegvallen van een deel van de productie door vogelgriep. De sector anticipeert hierop door het aanbod te matigen via langere leegstand tussen Pasen en de zomer. Vooral de hoge voerkosten zorgen ervoor dat de marges in deze sector onder druk blijven staan.
Vleespluimvee
De sterk gestegen voerkosten en energieprijzen worden op dit moment nog voldoende gecompenseerd vanuit de markt. Een mogelijke verdere stijging van de kostprijs als gevolg van de crisis in Oekraïne maakt de vooruitzichten onzeker. Voor de komende periode verwachten we dat de vraag naar pluimveevlees op een goed niveau blijft. Ook voorzien we een gematigder aanbod door de vogelgriepcrisis en mogelijk lagere importen. De omschakeling naar concepten drukt het aanbod eveneens.
Vleeskalveren
Het aanbod van rundvlees is krap. Hiervan profiteert ook de kalverhouderij, met name de rosé-bedrijven. Krap aanbod van jonge kalveren, oplopende voerprijzen en hoge energielasten drukken de marges, maar deze blijven naar verwachting wel positief.
Overige veehouderij
Ook dit deel van de sector heeft vooral last van de oplopende voerprijzen en energielasten. Het managen van vraag en aanbod is belangrijk om voldoende marge te houden.
Melkveehouderij
De zuivelmarkt laat nog steeds een stevig bovengemiddeld niveau zien. Momenteel zijn er geen signalen voor een daling op korte termijn. Wel zien we dat de kosten door de inflatie stijgen, wat zijn invloed heeft op de marge van melkveebedrijven. De definitieve gevolgen van de geopolitieke ontwikkelingen zijn nog onzeker, maar gezien eerdere handelsbeperkingen verwachten we een beperkte impact op de sector.
Tuinbouw
De verwachtingen voor de prijsvorming van tuinbouwproducten in 2022 zijn gemiddeld redelijk tot goed. Dit blijkt uit de productprijzen die in de (voor-)verkoop voor dit jaar zijn afgesproken en de eerste gerealiseerde prijzen. Behalve zorgen over personeelsgebrek vormen stijgende productiekosten een belangrijk issue. En dan vooral de energieprijzen. Veel glastuinders merken hiervan het effect. Zonder de-escalatie van de oorlog in Oekraïne zijn de hoge energieprijzen een grote bedreiging voor de continuïteit van glastuinbouwbedrijven. De gestegen productiekosten zijn namelijk nog niet één-op-één door te berekenen aan de consument.
Food
De kosten in de voedselketen liepen eind vorig jaar al sterk op door onder meer hoge grondstoffen- en energieprijzen, logistieke verstoringen en personeelsschaarste. De oorlog in Oekraïne zet dit nog verder op scherp. Oekraïne geldt als de graanschuur van Europa en is samen met Rusland goed voor ongeveer 30 procent van de wereld-exportmarkt voor graan. Maar de regio is ook een grote exporteur van zonnebloemolie en –meel, voermais en kunstmeststoffen. Ongeveer 75 procent van het wereldwijde exportvolume in zonnebloemolie en –meel komt uit deze twee landen. Door het conflict lopen de prijzen van deze agri-grondstoffen hard op, met alle gevolgen van dien voor de hele keten. Met name broodbakkers en koekproducenten hebben te maken met een combinatie van stijgende gas- en graanprijzen. De verdere verkrapping door het wegvallen van de productie zal de komende maanden voor opwaartse druk op de prijzen zorgen. De hogere kosten zijn zeker nog niet volledig doorbelast aan de consument. Vanwege de stevige concurrentie zijn supermarkten tot nu toe terughoudend geweest met het verhogen van de schapprijzen. Omdat de aanleiding voor deze prijsstijgingen zo overduidelijk is, zullen supermarkten mogelijk iets toegeeflijker zijn. Hopelijk verzacht dit de margedruk bij foodproducenten. En de consument? Die gaat down-traden naar goedkopere kanalen of goedkopere producten en in het uiterste geval minder voedsel kopen.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses landbouw: Jeroen van den Hurk en René Veldman
Aanspreekpunt voor de sector food: Martijn Rol
“Langdurig hoge energieprijzen hebben een remmend effect op de economische groei van de industrie”
Industrie: onzekerheid troef door volatiliteit in energieprijzen
Onze omzetprognoses laten zien dat de industrie in 2022 naar verwachting licht blijft groeien. Dit komt vooral door uitstekende exportvooruitzichten, zoals bleek uit de laatste NEVI rapportage. De vraag is uiteraard hoe hard de oorlog in Oekraïne de industrie raakt. De exportafhankelijkheid van Rusland en Oekraïne is relatief laag, hoewel specifieke bedrijven in de chemie, machinebouw, luchtvaart en landbouwvoertuigen wel degelijk de gevolgen hiervan zullen ondervinden.
De grootste onzekerheid zit in de prijsontwikkeling van olie en gas. Dit bevestigt ook een recente enquête die brancheorganisatie FME onder haar leden heeft gehouden. De olie- en gasprijzen hebben de eerste weken van maart nieuwe records gebroken. Dit gaat in eerste instantie pijn doen bij de energie-intensieve industrie zoals de chemie, de basismetaalindustrie, de bouwmaterialenindustrie en de papierindustrie. Door de enorme volatiliteit kunnen deze bedrijven hier moeilijk op anticiperen. Zij kunnen de hogere prijzen ook niet altijd doorbelasten. Hogere gas- en olieprijzen hebben daarmee een direct effect op hun marges.
Ook de minder energie-intensieve sectoren in de industrie worden geraakt. Uiteindelijk zullen de hogere energieprijzen namelijk leiden tot hogere prijzen van grondstoffen en halffabricaten. Hogere energieprijzen maken het winnen of produceren van grondstoffen en halfabricaten immers duurder. Ook hebben hogere energieprijzen een direct effect op de transportkosten. Tot op heden hebben fabrikanten de hogere grondstoffen-en energieprijzen grotendeels weten door te belasten, zoals ook blijkt uit de ontwikkeling van de verkoopprijzen. Dit kan echter niet oneindig doorgaan. Langdurig hoge energieprijzen hebben een remmend effect op de economische groei van de industrie.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses industrie: Yorick Cramer en Kees de Schipper
“Oorlog in Oekraïne beperkt de beschikbaarheid van chauffeurs”
Vervoer en opslag: rechtstreekse impact oorlog beperkt
De rechtstreekse impact van de oorlog in Oekraïne op de transportsector is beperkt. Tussen Nederland en Rusland en Nederland en Oekraïne is er namelijk weinig direct transport. Daarnaast zijn slechts enkele Nederlandse transportondernemingen in deze regio’s actief. De indirecte impact is groter en bestaat voornamelijk uit drie componenten, te weten brandstofprijzen, personeelstekorten en opslag.
De dieselprijzen zijn in een jaar tijd met ongeveer 30 procent gestegen. Maar dit heeft nog niet geleid tot een duidelijke afname van de vraag. Dit komt doordat nagenoeg alle transportondernemingen werken met een dynamische dieseltoeslag waarbij zij de hogere brandstofkosten één-op-één doorbelasten aan de verladers. Hierdoor komt het risico van de hogere brandstofprijzen bij de verladers te liggen. Deze lijken de hogere transportkosten vooralsnog door te kunnen berekenen aan hun klanten en uiteindelijk de consument. En hier zit hem de crux, want vanaf welke dieselprijs zullen de verladers minder transport gaan vragen? Het is lastig te bepalen waar dit kantelpunt ligt, als er al sprake is van een kantelpunt. Vooralsnog lijkt dit punt ondanks de sterke stijging van de dieselprijzen nog niet te zijn bereikt.
De oorlog in Oekraïne is daarnaast van invloed op de beschikbaarheid van chauffeurs. Terwijl hier binnen Europa toch al een gebrek aan is. De zoektocht naar goedkoop logistiek personeel is steeds verder naar het oosten verschoven. Chauffeurs uit Polen, Tsjechië en Slowakije zijn duurder geworden en goedkopere chauffeurs uit Oekraïne en Wit-Rusland daardoor steeds gewilder. Het wegvallen van deze chauffeurs zorgt voor tekorten aan chauffeurs die andere landen niet kunnen invullen. Dit raakt op korte termijn voornamelijk Duitse, Poolse en Baltische transportbedrijven omdat deze ondernemingen relatief veel gebruik maken van Oekraïense chauffeurs. En als er tekorten zijn op de Duitse markt dan zullen deze naar verwachting ook het aanbod van chauffeurs op de al krappe Nederlandse markt verder beperken. Dit zal resulteren in een verdere toename van het chauffeurstekort en uiteindelijk ook in hogere loonkosten voor transportondernemers die deze zullen doorberekenen in hogere tarieven.
Als gevolg van de onzekere situatie gaan bedrijven meer voorraden aanhouden om verstoringen in de aanvoerketen beter op te kunnen vangen. Dit zorgt ervoor dat de prijzen voor de toch al schaarse opslagruimten ook zullen stijgen. De drie genoemde componenten zullen zorgen voor een stijging van de kosten voor transport en opslag die de consument uiteindelijk moet dragen.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses vervoer en opslag: Henry Steenbergen
“Restaurants en foodservicebedrijven zitten bijna weer op het niveau van 2019”
Horeca: coronamaatregelen losgelaten, herstel lonkt
Aangezien de meeste coronamaatregelen voor de horecasector inmiddels zijn losgelaten, verwachten we voor 2022 een sterk herstel van de omzet. Desondanks zal de sectoromzet nog niet op het niveau van 2019 uitkomen. Dit komt door de beperkende maatregelen van januari en doordat we dit jaar nog steeds substantieel minder buitenlandse toeristen mogen ontvangen.
Het sterkste herstel zien we bij restaurants en foodservicebedrijven die bijna weer op het niveau van 2019 zitten. Cateringbedrijven en hotels hebben echter een langere herstelperiode nodig. Dit vanwege structurele effecten zoals meer thuiswerken, maar ook doordat het zakelijke toerisme minder snel herstelt. Een kanttekening binnen beide sectoren is dat er tussen bedrijven wel grote verschillen zitten. Zo zullen hotels die zich richten op de leisure-gast dit jaar grotendeels herstellen, terwijl dit bij hotels die afhankelijk zijn van het aantal vliegbewegingen rondom Schiphol langzamer gaat doordat het aantal vluchten achterblijft.
Het herstel is nog wel omgeven door grote onzekerheden. De grootste uitdagingen zien we in de stijgende inkooprijzen door de internationale spanningen. Maar ook een tekort aan personeel kan ervoor zorgen dat bedrijven hun omzetdoelstellingen niet halen.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses horeca: Jos Klerx
“Hoge inflatie kan leiden tot druk op de marges als bedrijven hun kostenstijgingen niet volledig kunnen doorberekenen”
Handel: omgaan met de risico’s van hogere inflatie
De directe effecten van de oorlog in Oekraïne op de handel zijn naar verwachting relatief beperkt. De detailhandel is hoofdzakelijk een binnenlandse sector en de import van en export naar Oekraïne en Rusland door de groothandel is niet substantieel. Veel groothandels hebben hun inkoop en verkoop over veel verschillende regio’s gespreid. Verder is de groothandel voldoende flexibel om andere regio’s te vinden voor inkoop en verkoop als dat nodig is. Wel zijn er belangrijke indirecte effecten voor de handelssector, zoals verdere druk op het consumentenvertrouwen, verstoringen van de aanvoerketen door logistieke problemen (waaronder beperking van vluchten) en oplopende inflatie. Laatstgenoemde kan leiden tot druk op de marges als bedrijven hun kostenstijgingen niet volledig kunnen doorberekenen. Daarnaast heeft de hoge inflatie negatieve gevolgen voor de consumentenbestedingen, aangezien de loonstijgingen achterblijven. Overige key issues voor de sector zijn: (i) de noodzaak tot digitalisering om in te spelen op veranderingen in de klantvraag; (ii) verstoringen in de aanvoerketen door de coronapandemie, die invloed hebben op de beschikbaarheid en de kostprijs van producten; (iii) de schaarste aan personeel, zowel kwantitatief als kwalitatief. Met het oog op de genoemde risico’s en issues zijn we relatief voorzichtig in onze omzetprognoses, aangezien veel nog onzeker is.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses handel: Jos Voss en Olaf Zwijnenburg
“Onze afhankelijkheid van Russisch gas kan de energietransitie versnellen”
Bouw: dankzij de grote werkvoorraad kan de sector een korte crisis wel aan
Na de beperkte omzetgroei in 2020 heeft de bouwsector zich in 2021 hersteld met een omzetgroei van 8 procent. Vooral de burgerlijke & utiliteitsbouw (B&U) en gespecialiseerde bouw hadden een sterk jaar, met ieder een omzetgroei van circa 10 procent. Omdat het aantal afgegeven woningbouwvergunningen stijgt en ook de investeringen in bedrijfsmatig vastgoed toenemen, zijn onze verwachtingen voor de B&U in 2022 positief. Al zal de omzetgroei minder hoog zijn dan vorig jaar. De infrasector had een minder goed jaar; de omzet stabiliseerde hier. De stikstofcrisis hindert de vergunningverlening van wegenprojecten. Dit zal ook in een groot deel van 2022 nog het geval zijn.
De oorlog in Oekraïne zal de groei van de Nederlandse economie remmen. Op de korte termijn blijft de impact op de bouw relatief beperkt. Nederland importeert onder meer olie, gas, hout en staal uit Rusland. De inkoopkosten voor staal en hout zullen dan ook stijgen, maar wij verwachten vooralsnog geen leveringsproblemen. Dankzij de grote werkvoorraad kan de sector een korte crisis wel aan. Maar als de economische onzekerheid langer duurt, dan heeft dit een negatieve impact op de verhuiswens van bedrijven en particulieren. Verder kan onze afhankelijkheid van Russisch gas de energietransitie versnellen. Zo hebben de hoge energieprijzen de vraag naar hybride warmtepompen al significant verhoogd. Goed nieuws voor installateurs, maar door het personeelstekort groeit hun omzet minder hard dan mogelijk is.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses bouw: Sandra Koenraadt
“Door de oorlog zien we een toenemende dreiging op het gebied van cybersecurity”
Informatie en communicatie: gevolgen handelsembargo’s en stijgende energieprijzen blijven beperkt
Media
Het omzetherstel van de mediasector gaat in 2022 door, na een moeilijke coronacrisis. Met uitzondering van film- en tv-productie bevinden de omzetten zich weer op pre-coronaniveau. Een van de belangrijkste redenen hiervoor is dat de advertentiebudgetten weer volledig zijn hersteld. Specifiek voor de digitale advertentiebudgetten verwachten we in 2022 en 2023 een jaarlijkse groei van circa 6 procent. Daarnaast zijn de dagbladen en tv-omroepen erin geslaagd meer inkomsten vanuit (online) abonnementen te genereren, onder meer door nieuwe abonnees aan te trekken. Een signaal dat de digitale transformatie binnen de mediasector doorzet. Dagbladen en omroepen moeten verder rekening houden met een toename van het gebruik van streaming, on-demand video en audiocontent.
ICT
De ICT-sector staat er goed voor. IT-outsourcing, de cloud-transitie en digitalisering in het algemeen zijn belangrijke drijfveren die verdere groei binnen de ICT-sector aanjagen. Deze trends zullen de komende jaren leidend zijn. Hierdoor verwachten we een langjarig groeiscenario met een blijvend hoge vraag naar technologische oplossingen en advies. Remmende factor voor de groei is het verder oplopende personeelstekort. Naast technische mensen is er ook personeel nodig voor de meer algemenere functies binnen de ICT-sector. Desalniettemin zijn de vooruitzichten goed.
De algehele impact is op dit moment nog lastig te overzien, maar de oorlog in Oekraïne zal bedrijven in de informatie- en communicatiesector zeker raken. Zij vormt een directe aanslag op de (ontwikkel-)capaciteit van digitale bedrijven. Concreet zien we beperkingen bij ontwikkelingsteams in Oekraïne maar ook in Rusland en Wit-Rusland. Voor de oorlog werd namelijk veel gebruik gemaakt van IT-capaciteit in deze landen. Andere effecten zoals handelsembargo’s of stijgende energieprijzen hebben naar verwachting een relatief beperkte impact. Een eventuele recessie zal uiteraard negatieve gevolgen hebben voor de omzetten en rentabiliteit in de sector. Aanvullend zien we door de oorlog een toenemende dreiging op het gebied van cybersecurity.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses informatie en communicatie: Mark van Kampen
“Oekraïense vluchtelingen kunnen misschien zorgen voor een (tijdelijke) oplossing voor de personeelskrapte in sommige sectoren”
Zakelijke dienstverlening: vooruitzichten voor komende periode positief
Omzetherstel naar pre-coronaniveaus en zelfs daarboven is inmiddels zichtbaar in alle branches in de zakelijke dienstverlening, met uitzondering van de reclame- en reisbranche. Aantrekkende advertentiebudgetten en versoepelingen om te kunnen reizen zorgen voor een positieve tendens. Maar dit is nog onvoldoende om de omzetdalingen door de coronacrisis goed te maken. De vooruitzichten voor de komende periode blijven positief.
Voor de administratieve dienstverlening (accountancy, administratie, belastingadvies) en rechtskundige dienstverlening (advocaten, deurwaarders, notarissen) verwachten we dat de stevige groei van de afgelopen periode wat afvlakt.
Een sterk herstel en goede vooruitzichten zien we voor de uitzendbureaus, de arbeidsbemiddelaars en de markt voor verhuur en lease. De huidige personeelskrapte lijkt structureel van aard en daar profiteren de uitzendbureaus en arbeidsbemiddelaars de komende jaren van. Toenemende ambities om te bouwen en te investeren in infrastructuur en de trend van bezit naar gebruik zorgen voor een sterk herstel en goede vooruitzichten in de markt voor verhuur en lease.
Directe en indirecte gevolgen van de oorlog in Oekraïne zoals handelsembargo's en stijgende energieprijzen lijken niet direct veel invloed te hebben op de zakelijke dienstverlening. Oekraïense vluchtelingen kunnen zelfs zorgen voor een (tijdelijke) oplossing voor de personeelskrapte in sommige sectoren. Vanwege een speciale status hebben zij namelijk geen tewerkstellingsvergunning nodig. Uitzendbureaus en arbeidsbemiddelaars plukken daar mogelijk de vruchten van.
Een scenario van recessie heeft duidelijk meer negatieve impact op de omzetten en rentabiliteit in de sector.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses specialistische en overige zakelijke diensten: Marco van Beek
“De verduurzaming van het zorgaanbod vraagt steeds meer aandacht”
Zorg en welzijn: personeelstekort en verduurzaming grootste uitdagingen
Dit is een overgangsjaar voor de Nederlandse gezondheidszorg. De sector kan de activiteiten ter bestrijding van de coronapandemie afbouwen en de uitgestelde zorg oppakken. Hierdoor kan de omzet weer stijgen, mits er voldoende personeel is en het ziekteverzuim afneemt. Het exploitatieresultaat in de cure blijft beperkt door de toegenomen kosten (zoals energie- en bouwkosten) en hoge kosten door personeel dat niet in loondienst is. De ziekenhuizen en medisch specialisten krijgen een uitdaging om de toegevoegde waarde van innovatie en ondernemerschap te laten zien. Om de transitie te versnellen, zijn contractinnovatie met zorg-contracterende partijen, shared savings en vormen van populatiebekostiging in de cure nodig. Een belangrijke vraag is of en hoe stevig de overheid gaat inzetten op preventie. Belangrijk is dat daar schaalbare verdienmodellen voor komen.
Voor de caresector en andere onderdelen van de zorg blijft de omzetgroei in 2022 beperkt. Het exploitatieresultaat staat ook hier onder druk door de stijgende personeelskosten (hoog ziekteverzuim en extra kosten voor personeel dat niet in loondienst is) en de opgelopen inflatie, die onvoldoende in de tarieven voor de vergoedingen is doorberekend. De grootste uitdaging in de zorg blijft het aantrekken en behouden van voldoende medewerkers, maar ook de verduurzaming van het zorgaanbod vraagt steeds meer aandacht.
Kinderopvang
In het regeerakkoord is opgenomen dat de kinderopvang (nagenoeg) gratis zal worden voor werkende ouders. De vraag naar opvang zal daardoor toenemen terwijl het personeelstekort en het tekort aan geschikte locaties steeds groter worden. De vergoedingen worden rechtstreeks aan de opvangorganisaties uitgekeerd en de invoering hiervan zal in fasen gebeuren. De groeiverwachtingen zijn voor de korte termijn dan ook neutraal.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses zorg: Marleen Jansen en sectorprognoses kinderopvang: Astrid van Leeuwen
“De verdeling van de NPO-gelden verandert: meer gaat naar het voortgezet onderwijs en minder naar het primair onderwijs”
Onderwijs: Nationaal Programma Onderwijs heeft ook in 2022 impact op uitgaven in de sector
De extra gelden die via het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) beschikbaar zijn gesteld (8,5 miljard) voor het herstel en de ontwikkeling van het onderwijs tijdens en na corona hebben ook in 2022 impact op de uitgaven in de sector. Aanvankelijk moesten onderwijsinstellingen dit budget binnen 2,5 jaar aanwenden, maar de bestedingstermijn is met twee jaar verlengd. Hierdoor ontstaat meer spreiding. Ook verandert de verdeling van de gelden: meer gaat naar het voortgezet onderwijs en minder naar het primair onderwijs. Tegelijkertijd stijgen de personeelskosten door het hoge ziekteverzuim en het groeiende aandeel van personeel dat niet in loondienst is. Het aantrekken en behouden van personeel blijft de grootste uitdaging. Innovatieve en gedigitaliseerde vormen van onderwijs zijn met name in het hoger onderwijs een alternatief. Verder is het aantal internationale studenten weer enorm toegenomen en dit heeft ook effect op de studentenaantallen op de Nederlandse universiteiten en hogescholen.
De oorlog in Oekraïne heeft ertoe geleid dat alle Nederlandse kennisinstellingen – universiteiten, hogescholen en universitaire medische centra - de formele en institutionele samenwerkingsverbanden met Rusland en Belarus hebben bevroren. Een doorvertaling naar omzet en kosten is hier niet direct te maken. Maar het gemis aan gedeelde kennisuitwisseling is op langere termijn funest voor onze kenniseconomie. Zeker wanneer niet alle Westerse landen hierin hetzelfde beleid volgen, zoals nu het geval is.
Meer weten?
Aanspreekpunt voor sectorprognoses onderwijs: Astrid van Leeuwen